1. Handboek BPVA Omschrijving begrippenB Visie en beleidC Organisatie bpvD Van bedrijf naar leerbedrijfE Inhoud bpvF KwaliteitszorgG BijlagenH Inhoudsopgave 2. A. Omschrijving begrippen 3 aan leerbedrijf 17 E Inhoud BPV 47 1. Beroepspraktijkvorming (bpv) 3 4. Rollen, taken en verantwoordelijkheden 1. Planning en voorbereiding 47 2. Student (BOL/BBL) 3 binnen de bpv 18 Matchen 47 3. Praktijkopleider 4 Rol management MBO College 18 Voorbereiding bpv voor leerbedrijven? 47 4. De werkbegeleider 4 Rol en taak bpv-docent 19 Voorbereiding bpv voor studenten? 48 5. Bpv-docent 4 Rol en taak bpv-coördinator 21 Veiligheid 48 6. Bpv-coördinator 4 Rol en taak praktijkopleider 22 Motivatie problemen 48 7. Bpv-bureau 5 Rol en taak werkbegeleider 23 2. Begeleiding tijdens de bpv 49 8. Kenniscentra Beroepsonderwijs Bedrijfsleven 5 Rol en taak beoordelaar 24 Leerwerkplan 49 9. Bpv-portal 6 Rol en taak KBB / opleidingsadviseur 26 Coaching 49 0. 1Proeve van Bekwaamheid 7 5. Communicatie en informatie 27 Beschikbaarheid begeleiding 11. Portfolio 7 Bereikbaarheid 27 op de werkplek 53 Voorlichting studenten 27 Begeleiding werkbegeleider B. Visie en beleid 8 Voorlichting leerbedrijven 28 en praktijkopleider 54 1. Visie op bpv van ROC van Twente 8 Bpv-gids 28 Opbouw portfolio 54 Wat verstaat ROC van Twente onder ‘bpv’? 8 Bedrijfsbezoeken 29 Praktijkopdrachten 55 Organisatie 8 Tips voor goede communicatie Reflectie 56 Informatie & Communicatie 9 met leerbedrijven 29 3. Beoordeling 58 Faciliteiten 9 6. Faciliteiten 30 Praktijkopleider als beoordelaar 59 Inhoud 9 7. Begeleidingsuren BPV 32 4. Examinering in de praktijk 60 Begeleiding 9 Leerwerkplan 10 D. Van bedrijf naar leerbedrijf 35 F Kwaliteitszorg 61 Reflectie 10 1. Werving 35 1. Bereikbaarheid 61 Evaluatie 10 2. Accreditatie 36 2. Klankbordgroepen 62 Kwaliteitszorg 10 De keuring 36 Klankbordgroep leerbedrijven / 2. Bpv-beleidsplan 11 3. Inventarisatie leermogelijkheden 37 c.q. werkveldcommissie 62 4. Vergoedingen en verzekeringen 38 Studentenraad 62 C. Organisatie bpv 12 BBL 38 Tevredenheidsmeting 63 1. Omvang bpv in de opleiding 12 Afdrachtvermindering loonheffing 38 3. Scholing medewerkers 64 2. Het bpv-model 13 bij leerbedrijf 38 Docentstage 64 Blokstage 13 Stagevergoeding BOL student 38 Professionalisering praktijkopleider 65 Praktijkleren 14 Verzekering van de student 39 Docent als coach 66 Bijzondere activiteiten 14 5. Afspraken op beleidsniveau 40 4. PDCA-cyclus 68 Lintstage 15 6. Praktijkovereenkomst (POK) 41 Combinatie blok- en lintstage 16 7. Overlegstructuur 42 G Bijlagen 69 Roulerende stage 16 8. Onderwijsinhoudelijke afstemming 43 Bijlage 1: standaard praktijkovereenkomst 69 Estafettestage 16 9. Onderhouden van de relatie 44 Bijlage 2: voorbeeld competentieprofiel 3. Begeleidingsstructuur 17 0. Kenniscentrum Beroepsonderwijs1 van de werkbegeleider 70 Model A : bpv-docent gekoppeld aan student 17 Bedrijfsleven (KBB) 46 Bijlage 3: statuskaart beroepspraktijkvorming 78 Model B: bpv-docent gekoppeld 2 3. A Omschrijving begrippen 1. Beroepspraktijkvorming (bpv) Bpv is de afkorting van de Beroeps Praktijk Vorming. Vroeger werd dit stage genoemd. De term bpv is spe- cifiek voor het MBO, in tegenstelling tot de term stage, die o.a. in het voortgezet onderwijs gebruikt wordt. De bpv-periode is de nieuwe naam van de stageperiode. Het stagebureau heet tegenwoordig het bpv-bureau. De bpv is een vorm van gepland en bewust leren van een student in een geaccrediteerd leerbedrijf en in eenA Omschrijving begrippen authentieke arbeidssituatie gericht op het verwerven van beroepsrelevante competenties. Het leren in de bpv wordt, naarmate de opleiding vordert, in toenemende mate gestuurd door de student zelf maar ook het bedrijf en de school sturen via keuzemogelijkheden en gestelde eisen mee. De ultieme kwaliteitsindicator van de bpvB Visie en beleid is de mate waarin studenten competenties verwerven. 2. Student (BOL/BBL)C Organisatie bpv De student is de persoon die de beroepsopleiding volgt, hetzij via de BOL leerweg hetzij via de BBL. De BOL-student volgt een voltijd opleiding waarbij de omvang van de beroepspraktijkvorming tussen de twintigD Van bedrijf naar leerbedrijf en zestig procent ligt. (zie voor recente info: Wet Educatie Beroepsonderwijs, hoofdstuk 7, Artikel 7.2.2.). De BBL-student volgt een deeltijd opleiding, meestal in combinatie met een baan. Echter, in sommige gevallen is een BBL-opleiding in combinatie met onbetaald werk of uitkering ook mogelijk. De BBL- student krijgt van zijnE Inhoud bpv werkgever de gelegenheid de opdrachten voor de opleiding tijdens werktijd uit te voeren.F KwaliteitszorgG BijlagenH Inhoudsopgave3 4. 3. Praktijkopleider De werknemer die in het leerbedrijf verantwoordelijk is gesteld voor begeleiding en opleiding van de student tijdens de beroepspraktijkvorming. Vaak is de praktijkopleider medebeoordelaar van de student bij de eind- beoordeling. 4. Werkbegeleider De werkbegeleider is de directe begeleider van de student op het werk. Dit wordt doorgaans gedaan naast hetA Omschrijving begrippen normale werk. De werkbegeleider is verantwoordelijk voor het dagelijkse leren, begeleiden en beoordelen van de student en legt verantwoording af aan de praktijkopleider. (zie ook: Rol en taak werkbegeleider)B Visie en beleid5. Bpv-docent De bpv-docent begeleidt de student tijdens de bpv vanuit de school. Hij onderhoudt hiertoe voortdurend con- tact met het leerbedrijf, in het bijzonder met de praktijkopleider. Hij bezoekt regelmatig het leerbedrijf en isC Organisatie bpvvoor de praktijkopleider het aanspreekpunt bij vragen of problemen tijdens de beroepspraktijkvorming van de student. De bpv-docent praat tijdens het bezoek zowel met de student als met de praktijkopleider. Bovendien draagt hij mede zorg voor een vlotte en correcte afhandeling van praktijkovereenkomsten en beoordelingsfor-D Van bedrijf naar leerbedrijf mulieren (zie ook: Rol en taak bpv-docent).E Inhoud bpv 6. Bpv-coördinator De bpv-coördinator is de spin in het web binnen de opleiding voor wat betreft de organisatie van de bpv en afstemming met het werkveld. Het bpv-bureau is de werkplek van de bpv-coördinator. (zie ook: Rol en taakF Kwaliteitszorg bpv-coördinator)G BijlagenH Inhoudsopgave4 5. 7. Bpv-bureau Het bpv-bureau verwerkt de studentgegevens en de gegevens van de leerbedrijven in een centraal regis- tratiesysteem. Het bureau zorgt voor het plaatsen van studenten in de bpv en het regelen van de praktijk- overeenkomsten (POK). Medewerkers van het bpv- bureau zoeken en werven leerbedrijven en onderhou-A Omschrijving begrippen den contacten met leerbedrijven. De opleiding is in alle gevallen verantwoordelijk voor het vinden van een ge- schikte bpv-plek voor studenten. Men kan studentenB Visie en beleidvragen zelf een plaats te zoeken, maar dat ontheft de opleiding niet van haar verantwoordelijkheid. Vooral bij grotere opleidingen is het handig om een bpv-bureauC Organisatie bpvop te zetten. 8. KenniscentraD Van bedrijf naar leerbedrijfBeroepsonderwijs Bedrijfsleven KBB staat voor Kenniscentra Beroepsonderwijs Be- drijfsleven. Dit zijn overkoepelende organisaties vanE Inhoud bpv verschillende bedrijfsbranches. Het bestuur van de KBB bestaat uit vertegenwoordigers van werkgevers,F Kwaliteitszorg werknemers en het beroepsonderwijs. KBB regelt de accreditatie van leerbedrijven en zorgt voor een toe- reikend aantal leerbedrijven van voldoende kwaliteit.G Bijlagen Ook regelt het kenniscentrum de totstandkoming van de kwalificatiedossiers en zorgt zij ervoor dat het be- drijfleven voldoende inbreng heeft in de totstandko-H Inhoudsopgaveming ervan.5 6. 9. Bpv-portal De bpv-portal van het ROC van Twente is een web-based faciliteit voor de beroepspraktijkvorming (bpv). Hierbij wordt gebruik gemaakt van een beveiligde en besloten internettoegang voor het drietal betrokkenen bij de bpv (de student, de bpv-docent op school en de praktijkopleider in het leerbedrijf). De portal biedt mo- gelijkheden voor communicatie informatievoorzieningA Omschrijving begrippen kennisdeling en samenwerken begeleidingB Visie en beleidDe bpv-portal is vooral bedoeld ter bevordering van het logistieke proces van de beroepspraktijkvorming. Denk hierbij aan: het verschaffen van informatie die uniform en up-to-date is;C Organisatie bpv de vastlegging van resultaten, zoals verslagen en beoordelingsformulieren; het plannen van de persoonlijke contacten; het onderhouden van mailcontact;D Van bedrijf naar leerbedrijf overdracht van resultaten bij meerdere bpv-periodes of bij wisseling van docent. Als basis voor de portal wordt gebruik gemaakt van een elektronische leeromgevingE Inhoud bpv (ELO). Het ROC van Twente heeft als standaard ELO: N@Tschool. Ten behoeve van de bpv-portal kan N@tschool op maat gemaakt worden. De opleiding kan zelf aangevenF Kwaliteitszorg aan welke functies men behoefte heeft en tot welke informatie (proeven, gemaakte opdrachten van student, leermiddelen, roosters etc.) de leerbedrijven toegang zouden moeten krijgen. Het ligt in de bedoeling om op termijn een bpv-portal in Plaza in te richten, maar tot op heden (december 2010)G Bijlagen zijn daarvoor geen mensen en middelen beschikbaar gesteld.H Inhoudsopgave6 7. 10. Proeve van Bekwaamheid Een beoordelingsvorm waarbij de student de op- dracht krijgt in een afgebakende vooraf afgesproken periode in een contextrijke situatie een set van sa- menhangende beroepsactiviteiten uit te voeren. In de contextrijke situatie doen zich de dilemma’s van het beroep voor.A Omschrijving begrippen 11. Portfolio Een portfolio kan verschillende functies en vormenB Visie en beleidhebben. Het is niet handig om meerdere functies in een portfolio samen te brengen omdat de functies lastig te verenigen zijn. Een portfolio kan in papie-C Organisatie bpvren of digitale vorm (bijvoorbeeld binnen N@tschool) worden opgebouwd en is altijd eigendom van de stu- dent. Een portfolio kan de volgende functies hebben:D Van bedrijf naar leerbedrijf Ontwikkelingsgericht portfolio welk voornemens (plannen) en de reflectie daarop (evaluatie en ver- antwoording) bevat.E Inhoud bpv Beoordelingsportfolio waarmee de student aan- toont te beschikken over een bepaald competen-F Kwaliteitszorg tieniveau. De student wordt op basis van de aan- geleverde stukken in het portfolio beoordeeld. Een derde functie, die van Archief / ShowcaseG Bijlagen wordt veel minder in het onderwijs gebruikt, maar wel door bijv. kunstenaars en artiesten. Hierin worden alle documenten die betrekking hebbenH Inhoudsopgaveop de competentieontwikkeling bewaard. De port- folio heeft dan een functie als archief en kan te- vens als showcase dienen.7 8. BVisie en beleid De bpv is bedoeld om leerervaringen in de praktijk op te doen. Het is bedoeld voor alle mbo studenten die voor hun diploma werkervaring moeten opdoen en willen leren in, en werken aan de voor de arbeidsmarkt vereiste vaardigheden. 1. Visie op bpv van het ROC van TwenteA Omschrijving begrippenWat verstaat het ROC van Twente onder ‘bpv’? De bpv (beroepspraktijkvorming) is een vorm van gepland en bewust leren van een studentB Visie en beleidin een authentieke arbeidssituatie gericht op het verwerven van beroepsrelevante com- petenties. Het leren wordt, naarmate de opleiding vordert, in toenemende mate gestuurd door de student zelf maar ook het bedrijf en de school sturen via keuzemogelijkheden enC Organisatie bpv gestelde eisen mee. Een kwalitatief hoogwaardige bpv is gericht op het leren handelen van studenten in situaties zoals die zich op de werkplek voordoen.D Van bedrijf naar leerbedrijfOrganisatie Een voorwaarde om bewust te leren op een werkplek is het verweven van opleiding en prak-E Inhoud bpv tijk. De vanuit de opleiding aangestuurde inhoud moet worden verweven met de aangeboden leermogelijkheden op de werkplek. Het aan de bpv voorafgaande of begeleidende onderwijs is een factor die van invloed is op het leren in de bpv. Daarom dient het onderwijs erop gericht te zijnF Kwaliteitszorg om de beroepspraktijkvorming zo goed mogelijk te ondersteunen. Dit geldt voor de aangeleerde kennis, houding en vaardigheden van de student, zowel kwantitatief als kwalitatief. Het ROC zorgt voor afstemming van de inhoud van de bpv en houdt daarbij de wederzijdse belangen vanG Bijlagen de student en het leerbedrijf in het oog.H Inhoudsopgave8 9. Informatie & Communicatie Het succes van de bpv is afhankelijk van de communicatie en samenwerking tussen student, praktijkopleider (bedrijf) en bpv-docent (ROC). Het ROC van Twente streeft naar een intensieve com- municatie tussen deze drie pijlers.A Omschrijving begrippenFaciliteiten Om een succesvolle bpv te kunnen rea-B Visie en beleidliseren, dienen zowel opleiding als leer- bedrijf voldoende faciliteiten te bieden.C Organisatie bpv Inhoud Het ROC van Twente ziet de beroeps- praktijkvorming als integraal onderdeelD Van bedrijf naar leerbedrijf van de opleiding van elke beroepsbe- oefenaar. Binnen de opleiding is de be- roepspraktijk leidend. Het kwalificatie-E Inhoud bpv dossier vormt het kader voor de inhoud van het leerproces in de beroepsprak-F Kwaliteitszorg tijkvorming.BegeleidingG Bijlagen De student heeft gedurende de gehele opleiding en daarmee ook tijdens de bpv recht op kwalitatief goede bege-H Inhoudsopgaveleiding. De voortgang in leerprocessen van de student wordt vastgelegd door zowel praktijkopleiders (bedrijf) als bpv- docenten (ROC) zodat alle betrokken partijen hiervan op de hoogte zijn. De resultaten die de student binnen de bpv behaald, worden vastgelegd door de beoordelaars. Deze resultaten maken deel uit van de examinering.9 10. LeerwerkplanEvaluatieStudenten, praktijkopleiders en bpv-docenten heb- Binnen het ROC vindt evaluatie plaats op de vol-ben ieder hun eigen verwachting van een bpv-gende niveausperiode. Voor een succesvolle bpv is een goede individuele studentintroductie en het benoemen van duidelijke leer- bpv / leerbedrijfdoelen in de bpv van groot belang. De taken in de opleidingbpv worden afgeleid van de leerdoelen en door deAOmschrijving begrippen opleiding, in overleg met de student en het leerbe-Kwaliteitszorgdrijf, vastgesteld. Er vindt jaarlijks een terugkoppeling plaats tussenpraktijk, onderwijs en student, met de intentie omBVisie en beleid Reflectiemeetbare verbeterpunten voor de bpv te formu-Reflectie op het eigen functioneren van de studentleren. De geformuleerde verbeterpunten wordenis een belangrijk onderdeel van de bpv en wordt opgenomen in de PDCA-cyclus van de opleiding.COrganisatie bpvdoor zowel bpv-docent als praktijkopleider voortdu-rend gestimuleerd.DVan bedrijf naar leerbedrijfEInhoud bpvFKwaliteitszorgGBijlagenHInhoudsopgave10 11. 2. Bpv-beleidsplanIn een bpv-beleidsplan wordt de vorm van opleiden binnen het leer-bedrijf in beeld gebracht. Hoe is het opleiden ingebed in de totaleorganisatie? Waaraan moet de organisatie voldoen om studentenen medewerkers op te kunnen leiden? In dit beleidsplan wordende doelen, randvoorwaarden en beschikbare middelen vastgelegd.AOmschrijving begrippen Probeer als opleiding of in samenwerking met het leerbedrijf eenbpv-beleidsplan op te stellen. Bij het vaststellen van het bpv-be-leidsplan kunt u gebruik maken van de ‘Statuskaart BPV’ om deBVisie en beleidactiepunten, die deel uitmaken van het op te stellen beleid, in kaartte brengen (zie bijlage: 3).Het beleidsplan is ook van belang met betrekking tot de erkenningCOrganisatie bpven kwaliteitseisen ten aanzien van opleidingsplaatsen bij het leerbe-drijf. Deze erkenning wordt afgegeven door de het kenniscentrum.De meeste kenniscentra hebben criteria ontwikkeld waaraan hetDVan bedrijf naar leerbedrijfbpv-beleidsplan dient te voldoen.Aan de hand van het bpv-beleid moet voor management en me-dewerkers duidelijk worden hoe de beroepspraktijkvorming binnenEInhoud bpvde leerbedrijven georganiseerd wordt en hoe de kwaliteit van deberoepspraktijkvorming wordt bevorderd en bewaakt.FKwaliteitszorgVaak zullen leerbedrijven hun eigen opleidingsbeleid al geformu-leerd hebben. Dan kan het bpv-beleid hier deel van gaan uitmakenGBijlagen of hierop aansluiten. Als opleiding is het streven te komen tot eengezamenlijke visie en een gezamenlijk bpv-beleid, van leerbedrijfén opleiding.HInhoudsopgaveWanneer er bij de formulering van bpv-beleid sprake is van afstem-ming op strategisch niveau zal er, zeker als het om grotere werkge-vers gaat, meer zekerheid en continuïteit gewaarborgd zijn bij hetcreëren van leerwerkplekken.Door samenwerkingsverbanden tussen werkgevers te creëren, zo-als in de bouwsector veelal gebeurt, kan worden voorkomen dat ermet talloze kleinere leerbedrijven moet worden overlegd. Afstem-ming met afgevaardigden van dit samenwerkingsverband is danvoldoende.11 12. C Organisatie bpvDe inhoud en organisatie van de bpv wordt in samenspraak tussen school en bedrijf vorm gegeven op basisvan het onderliggende kwalificatiedossier. De BPV Toolbox www.bpvtoolbox.nl) bevat een groot aantal bron-nen over het onderwerp werkplekleren, die bij de organisatie van de bpv ingezet kunnen worden.1. Omvang bpv in de opleidingAOmschrijving begrippenBij het organiseren van de bpv in de opleiding moet allereerst rekening worden gehouden met de wettelijkebepalingen. Als de hogere leerjaren van niveau 3 en 4 opleidingen voornamelijk gevuld worden met bpv-uren,BVisie en beleidis het van belang daar voldoende onderwijstijd in de lagere leerjaren tegenover te zetten. Volgens de inspectiegaat het daar nogal eens verkeerd. Hoe vindt de berekening plaats van het in te zetten aantal uur bpv in deopleiding?COrganisatie bpvDe bpv hoort tussen de 20% en 60% van de (gehele) BOL-opleiding uit te maken.DVan bedrijf naar leerbedrijf In een BOL-opleiding dient men studenten jaarlijks minimaal 850 uur ‘begeleid werken’ (IIVIO: In InstellingstijdVerzorgd Onderwijsprogramma) aan te bieden. De bpv maakt deel uit van de uren ‘begeleid werken’. De maxi-male omvang van de bpv (over de gehele BOL-opleiding) wordt als volgt berekend: 59% van de uren begeleidEInhoud bpv werken (= minimaal 850 per jaar) x aantal jaar opleiding = maximale omvang bpv. Dit aantal uren kan naareigen inzicht verdeeld worden over de gehele opleiding. Voorbeeld: Blok bpv - 4 jarige opleiding: Leerjaar Aantal uur begeleid werken (IIVIO) per jaarBPV = TotaalFKwaliteitszorg jaar 1 85010 x 32 uur = 320 jaar 2 90010 x 32 uur = 320GBijlagenjaar 3 1000 20 x 32 uur = 640 jaar 4 1060 30 x 32 uur = 960HInhoudsopgavetotaal: 3810 uur (lessen én bvp) 2240 (bpv) 59% van de bpv2240 = minder over de hele op- 59 % van 3810 = 2247,9 dan 2247,9 leiding dus: OKDe BBL-opleiding bestaat uit minimaal 60% praktijk en kent wettelijk geen maximum. Binnen dit ROC is echterals norm vastgelegd dat de praktijk maximaal 80% van de gehele opleiding mag omvatten. De omvang vanhet onderwijs (incl. bpv) moet wettelijk bij de BBL minimaal 300 uur per jaar bedragen, om voor bekostigingin aanmerking te komen.12 13. De onderwijs inspectie controleert het aantal bpv-uren streng. Zij let er bijvoorbeeld op dat bij de berekeningvan het aantal uren bpv uitgegaan is van het werkelijke aantal uren per week en níet van werkweken vanstandaard 40 uur. De inspectie let er ook op of sommige stagiaires bijvoorbeeld een voltijd bpv-overeenkomsthebben, terwijl zij slechts in deeltijd bpv-activiteiten uitvoeren. Ook wanneer de bpv-periode in werkelijkheidkorter duurt dan de periode waar de berekening vanuit gaat, kunt u problemen met de inspectie krijgen.2. Het bpv-modelAOmschrijving begrippenDe vorm van de bpv is sterk bepalend voor de inrichting en het rooster van de gehele opleiding. Uiteraardworden de periodes waarin de bpv plaatsvindt afgestemd op de mogelijkheden en wensen van leerbedrijvenBVisie en beleiden studenten. Er zijn verschillende bpv-modellen mogelijk, elk met zijn eigen voor- en nadelen. Door de voor-en nadelen tegen elkaar af te wegen, wordt het meest geschikte model bepaald.COrganisatie bpv BlokstageOngeveer de helft van de BOL-opleidingen kent blokstages. Een blokstage is een aaneengesloten periodevariërend van één of meer weken (doorgaans één periode) tot een jaar, waarin studenten naar een leerbedrijfDVan bedrijf naar leerbedrijf gaan. Bij een blokstage is het handig om de bpv-blokken van verschillende opleidingsjaren tegen elkaar in telaten lopen. Dus het eerste jaar krijgt bpv in het tweedeblok, terwijl het tweede jaar in het eersteblok bpv krijgt. Daarmee voorkomt u dat het meren- deel van het lesaanbod in hetzelfdeEInhoud bpvblok valt en maakt u optimaal gebruik van de bpv plaatsen.FKwaliteitszorg Het voordeel van de blokstage is dat studenteneen goed beeld van de echte werk-zaamheden krijgen. De student wordt als hetware onderdeel van de organisatie.Een nadeel is dat studenten langere tijd niet op school zijn, wat roostertech-GBijlagen nisch lastig kan zijn en waardoor het veel lastiger is om tijdens de bpv hetcontact met de student goed te onderhou- den.HInhoudsopgave13 14. PraktijklerenEr bestaat een vorm van praktijkleren welke niet als formele bpv wordt uitgevoerd. Dat betekent dat het lerenniet noodzakelijk gebeurt bij een erkend bpv-bedrijf en dat er geen praktijkovereenkomst (conform de WEB)aan ten grondslag ligt. Voor deze vorm van praktijkleren, is accreditatie niet noodzakelijk.Een andere naam voor deze vorm van praktijkleren is buitenschoolse beroeps oriëntatie (BBO).Als elders in de opleiding aan de wettelijke vereisten met betrekking tot de bpv wordt voldaan (met name deAOmschrijving begrippen minimale bpv-omvang in de opleiding), is dat formeel geen probleem. Praktijkleren moeten dan beschouwdworden als begeleide onderwijstijd van de instelling, wil ze meetellen voor de bepaling van het aantal urendaarvan. Praktijkleren vormt een bijzondere inrichting van de lessen. Belangrijk is vooral dat deze lessenBVisie en beleidworden uitgevoerd onder toezicht/regie van de onderwijsinstelling. Daar gelden dan echter wel andere voor-waarden voor dan voor de officiële bpv.COrganisatie bpvDe officiële bpv vindt plaats bij een geaccrediteerd bpv-bedrijf dat aan allerlei eisen moet voldoen. Daarbijhoort dat het kan voldoen aan de opleidings- en vormingsdoelen van de opleiding en dat het in staat is ade-quate begeleiding te geven op deze terreinen. Onder die conditie kan de begeleiding van de opleiding eenDVan bedrijf naar leerbedrijf stuk minder zijn, want deze wordt in wezen overgenomen door het bedrijf.Aan al die voorwaarden wordt niet voldaan bij praktijkleren buiten de officiële bpv. Daarbij is de kwaliteit vanEInhoud bpvde begeleiding immers niet getoetst. Daarmee ligt de verantwoordelijkheid voor die begeleiding volledig bij deopleiding zelf en gelden dezelfde eisen als voor andere vormen van zelfstandig leren. Begeleiding vanuit deFKwaliteitszorg opleiding moet herkenbaar toegewezen zijn aan de onderwijsactiviteiten en beschikbaar zijn als de deelnemerdaar behoefte aan heeft. De inspectie heeft in de situatie waarin niet aan die voorwaarde werd voldaan, depraktijkuren niet als begeleide onderwijstijd meegerekend.GBijlagen Bijzondere activiteitenBijzondere activiteiten, zoals introductieweken, gastdocenten, praktijksimulaties binnen en buiten school,HInhoudsopgavewerkweken en excursies tellen mee voor de onderwijstijd, mits deze voldoen aan de criteria, maar niet voorde bpv.Als met een programma inzichtelijk gemaakt wordt hoeveel uren feitelijk aan relevante activiteiten wordenbesteed, kunnen die uren meegenomen worden in de berekening. Als inzichtelijk maken niet mogelijk is,geldt een standaard lesweek als basis voor de berekening. Bij het ontbreken van een geschikt alternatiefprogramma voor de achterblijvers, worden de uren niet meegeteld.Reis- en slaaptijden bij (buitenlandse) excursies/ bpv vallen buiten de berekening.14 15. LintstageEen lintstage is een vast onderdeel van het weekprogrammavan de student (bijv. twee dagen per week) en betreft meestaleen relatief lange periode. Lintstages zorgen voor continuïteit.Bij een lintstage kunt u uiteraard afwisselen in de dagen. Eer-stejaars krijgen bpv op maandag en dinsdag en tweedejaarsop woensdag en donderdag. Ongeveer 30 procent van deAOmschrijving begrippen BOL-opleidingen kent lintstages en 20 procent van de BOL-opleidingen kent een combinatie van lint- en blokstages.BVisie en beleidHet argument voor een blok- of een lintstage is meestal dat hetbedrijfsleven deze vorm van bpv op prijs stelt. Soms heeft menhet wel eens anders geprobeerd, maar is men daar weer vanCOrganisatie bpvterug gekomen. Advies is om bij het vormgeven van de oplei-ding vooraf bij de brancheorganisatie te informeren of er eenduidelijke voorkeur binnen de branche bestaat. Uit onderzoekDVan bedrijf naar leerbedrijf is reeds gebleken dat de meeste bedrijven de studenten hetliefst 3 á 4 dagen in de week hebben en voor een iets langereperiode van een paar maanden. Verder willen ondernemers deEInhoud bpvstudenten graag het hele jaar beschikbaar hebben en niet al-leen tussen september en mei. Misschien dat een bpv in deFKwaliteitszorg zomer iets kan oplossen, mits goede begeleiding (zowel vanuitschool als vanuit het leerbedrijf) gegarandeerd kan worden.GBijlagen Een opleiding op niveau 1 of 2 is doorgaans meer gebaat bijeen lintstage, omdat deze meer variatie biedt aan de studen-ten. Voor hen is een volledige week op school vaak erg lang.HInhoudsopgaveDaarnaast is het in een kortere opleiding handig als er niet telang gewacht wordt met het verkrijgen van een goed beroeps-beeld. De student kan, door vroeg aan de bpv te beginnen, alsnel beoordelen of hij de juiste opleiding gekozen heeft. Na-deel van een lintstage is dat het lastig te combineren is meteen buitenlandse bpv.Naast blok- en lintstages zijn er nog een paar andere vormen.15 16. Combinatie blok- en lintstageDe combinatievorm van blok- en lintstage (alternerende stage) komt vooral voor in opleidingen waar de stu-denten in het hoogseizoen alle dagen en in de resterende tijd enkele dagen per week op bpv zijn. Roulerende stageHet hele jaar kunnen studenten bij tourbeurt gebruik maken van dezelfde (bpv)adressen. Het aantal studen-ten dat in de klas aanwezig is, wordt hierdoor beperkt. Telkens is een groep studenten niet op school, maarAOmschrijving begrippen uiteindelijk hebben alle studenten evenveel lessen genoten. periode 1 periode 2periode 3 periode 4 periode 5BVisie en beleid op stagegroep 1 groep 2groep 3 groep 4 groep 5 groep groepgroep groep groep lessenCOrganisatie bpv 2, 3, 4 en 51, 3, 4 en 5 1, 2, 4 en 51, 2, 3 en 51, 2, 3 en 4DVan bedrijf naar leerbedrijf EstafettestageEInhoud bpv Een bijzondere vorm van blok- of lintstagewaarbij de ene student de andere aflost, zo-dat een plek bij een organisatie vrijwel perma-FKwaliteitszorgnent bezet is. Voorbeeld: verschillende studen-ten van dezelfde school bemensen gedurendeGBijlagen één jaar de wekelijkse filmmiddag in een clubhuis.Verschil met roulerende stage is dat het hierslechts om een of enkele dagdelen gaat.HInhoudsopgave16 17. 3. BegeleidingsstructuurDe begeleiding vanuit het ROC tijdens de bpv kan op verschillende manieren worden georganiseerd. Aan deonderwijsafdeling de keus om de bpv-docent te koppelen aan studenten óf aan leerbedrijven of voor een com-binatie hiervan te kiezen. Model A : bpv-docent gekoppeld aan studentAOmschrijving begrippen Een koppeling aan studenten, zoals meestal in de BOL gebeurt, heeft als voordeel dat de docent de studentgoed kent, en specifiek kan inspelen op wensen, problemen en leerdoelen van de student. In deze structuurgaat een grotere groep docenten op bpv-bezoek. Meestal heeft de bpv-coördinator geen begeleidende rol.BVisie en beleidWanneer een intensieve begeleiding gewenst is, kan deze structuur voordelen hebben. Nadeel is dat derelatie tussen leerbedrijf en bpv-docent minder makkelijk tot stand komt en dat een leerbedrijf met meerderedocenten van een opleiding te maken kan krijgen.COrganisatie bpv Model B: bpv-docent gekoppeld aan leerbedrijfWanneer bpv-docenten of bpv-coördinatoren voor een langere periode gekoppeld worden aan leerbedrijvenDVan bedrijf naar leerbedrijfin plaats van aan studenten, heeft dat als voordeel dat de bpv-docent goed bekend is bij het leerbedrijf en debedrijfscultuur en de leermogelijkheden kent. In deze structuur is het aantal bpv-docenten beperkt. Dit modelheeft duidelijk voordelen voor het leerbedrijf. Het leerbedrijf heeft te maken met één begeleider, wat duidelijk-EInhoud bpvheid schept en goed is voor de onderlinge relatie. Hierdoor is afstemming makkelijker en is het leerbedrijfeerder bereid ook de wat moeilijker studenten op te nemen (om de bpv-docent tegemoet te komen). WanneerFKwaliteitszorg er een tekort aan leerbedrijven is, of wanneer het leerbedrijf met meerdere opleidingen te maken heeft, kan dit Model A: koppeling student aan docentModel B: koppeling docent aan leerbedrijfGBijlagenLeerbedrijf 1 - student 1Leerbedrijf 1 bpv-docent 1 Leerbedrijf 2 - student 2 student 1 bpv-docent 1Leerbedrijf 3 - student 3 student 2HInhoudsopgave student 3Leerbedrijf 4 - student 4Leerbedrijf 2 bpv-docent 2 Leerbedrijf 5 - student 5 student 4 bpv-docent 2Leerbedrijf 6 - student 6 student 5 student 6Door slimme constructies te kiezen is het vaak mogelijk om met minder middelen meer te realiseren. Zo kaneen onderwijsinstelling bijvoorbeeld een docent ‘detacheren’ bij een leerbedrijf. Het voordeel hiervan is dat delaatste wordt ontlast qua begeleiding van studenten . Een aanwezigheid van één dag per vier tot zes wekenblijkt in de praktijk al een behoorlijke winst op te leveren, mede doordat de docent zijn/ haar praktijkkennis upto date houdt.17 18. 4. Rollen, taken en verantwoordelijkheden binnen de bpv Rol management MBO CollegeWanneer een bedrijf meerdere studenten wil plaatsen is het raadzaam om daar op strategisch niveau afspra-ken over te maken en een samenwerkingsverband aan te gaan. Wanneer het management niet in staat isdaadwerkelijk relaties met leerbedrijven te onderhouden, kan een staflid benoemd worden, die verantwoor-delijk is voor het opbouwen en onderhouden van relaties met de grootste werkgevers. Regel tegelijkertijd datAOmschrijving begrippen contacten met kleinere bedrijven niet blijven liggen.De rol van het management/het staflid richt zich vooral op:BVisie en beleid het aanjagen/ stimuleren van de opleiding en daarmee van de bpv; het zorgen voor voldoende competente en toegewijde bpv-docenten voor de begeleiding van de student op bpv; het initiëren van evaluaties bpv door student, praktijkopleider en docent;COrganisatie bpv het koppelen van functioneringsgesprekken aan functieprofielen (bpv) en evaluatieuitkomsten; deelname aan regionale overlegstructuren (zoals: werkveldcommissies, regionaal platform, klankbord- groepen, brancheoverleg);DVan bedrijf naar leerbedrijf het maken van afspraken met leerbedrijven op strategisch niveau; het onderhouden van relaties met leerbedrijven op managementniveau; het vaststellen van visie en beleidsdocumenten (zie ook pag. 9);EInhoud bpv het maken van afspraken omtrent de juiste randvoorwaarden waaraan een leerbedrijf zou moeten voldoen om tot een goed leerwerktraject te komen;FKwaliteitszorg het verkrijgen van juiste een recente informatie om tijdig actie te kunnen ondernemen.Een leerwerkplek inrichten betekent, dat er duidelijke afspraken gemaakt worden omtrent inzet, variëteit vanGBijlagen werk en begeleiding. Wanneer op strategisch niveau geen afspraken worden gemaakt, zijn de juiste randvoor-waarden op de werkvloer niet gegarandeerd. Vraag daarom altijd of de gemaakte afspraken doorgespeeldworden naar de werkvloer. Bij het maken van afspraken op strategisch niveau over het plaatsen van eenHInhoudsopgavestudent, zou het belang nog eens benadrukt kunnen worden van: de feitelijke waardering van de kant van het management van het leerbedrijf voor wat de student heeft geleerd (in de vorm van een materiële of immateriële beloning); het scheppen van een bedrijfscultuur, waarin leren als leuk wordt gezien, het stellen van vragen wordt gestimuleerd, waar ruimte bestaat voor zelf-experimenten en waar fouten gemaakt mogen worden en be- spreekbaar zijn; het beschikbaar stellen van een opleidingsaanbod op de werkplek; het verruimen van verantwoordelijkheden en bevoegdheden van studenten (gericht op leren) op de werk- plek; Het stimuleren van goede feedback door de bereidheid bij medewerkers te stimuleren en door de aanwe- zigheid van ervaren collega’s en chefs als coaches en begeleiders te organiseren.18 19. Rol en taak bpv-docentEen van de hoofdfiguren in de begeleiding van de student is de bpv-docent. Welke taken precies onder diensverantwoordelijkheid vallen en wat de hierbij behorende competenties (profielschets) zijn, is hier beschreven.Door de taken van de slb-docent en de bpv-docent te verenigen in een persoon, kunnen in de bpv opgedaneervaringen meegenomen worden in de slb-gesprekken.A. Taken gericht op de studentAOmschrijving begrippen Student voorbereiden op de bpv-periode Het organiseren van en feedback geven op reflectie bewaken van de voortgangBVisie en beleid bewaken van de aansluiting van de leerdoelen van de student op de leermogelijkheden in het leerbedrijf Ondersteunen bij het uitvoeren van het leerwerkplan, proeven, opdrachten Begeleiden en volgen van het persoonlijk leerproces en het mogelijk verwijzen naar en informeren vanCOrganisatie bpvandere partijen bv. servicecentrum, docenten Voeren van begeleidingsgesprekken met de student op school en op de instelling Student ondersteunen bij het maken van de portfolioDVan bedrijf naar leerbedrijf Verslagleggen, documenteren en archiveren van relevante informatie Student informeren gedurende de bpv Contacten onderhouden met reïntegratiebedrijven (BBL)EInhoud bpv Evalueren en beoordelen van de bpvFKwaliteitszorg B. Taken gericht op het leerbedrijf Onderhouden van contact met de praktijkopleider/beoordelaar van de student en gezamenlijk voeren van functionerings- en beoordelingsgesprekkenGBijlagen Het leggen en onderhouden van contacten en het geven van relevante informatie aan de instelling Vervullen van een PR functie als representant van het ROC.HInhoudsopgave19 20. C. Taken gericht op het bpv-bureau Op de hoogte stellen van bpv-coördinator over ervaringen en nieuwe ontwikkelingen binnen bpv-instellingen Leveren van een actieve bijdrage aan beleid en ontwikkeling van de bpv. Bijwonen van overleg Op de hoogte stellen van bpv-resultaten en het aanleveren van relevante gegevens Advisering bij plaatsing van studentenAOmschrijving begrippenBenodigde kennis en vaardigheden van de bpv-docent Inzicht hebben in de kwalificatieprofielen en de daarbij behorende opleidingsstructuurBVisie en beleid Behoeften van de student m.b.t. het leerproces en de daarbij behorende opleidingsstructuur kunnen herkennen en invulling hieraan kunnen geven Student kunnen ondersteunen in het beheren van het portfolioCOrganisatie bpv Kennis en inzicht hebben in de proeven van bekwaamheid Kennis hebben van relevante werkvelden Communicatieve vaardigheden bezittenDVan bedrijf naar leerbedrijf Probleemoplossend vermogen bezitten Diplomatiek kunnen handelen Over empathisch vermogen beschikkenEInhoud bpv Over begeleidingsvaardigheden beschikken Kennis hebben van methodisch handelenFKwaliteitszorg Besluitvaardig en representatief zijnGBijlagenHInhoudsopgave20 21. Rol en taak bpv-coördinatorDe bpv-coördinator is speciaal belast met: het werven en uitzetten van bpv-plaatsen (in overleg met de opleidingen); het bijhouden van een bestand met bpv-contactpersonen en leerbedrijven; het, in nauw overleg met leerbedrijven, management en opleidingen, vormgeven van het bpv-beleid. de verantwoordelijkheid voor de voorlichting en het voorlichtingsmateriaal; de deelname aan het overleg van het bpv-bureau;AOmschrijving begrippen de beoordeling van de bpv-aanvraag van de student; het toewijzen van studenten aan bpv-begeleiders; het onderhouden van bestaande contacten met leerbedrijven;BVisie en beleid het opbouwen van nieuwe contacten met bedrijven; het probleemoplossend optreden indien zich tussen betrokkenen problemen voordoen; het verzorgen van de administratie voortvloeiend uit de bpv-periode;COrganisatie bpv het organiseren en plannen van de terugkomdagen en informeren van alle betrokkenen; het archiveren van documenten met betrekking tot gegevens van het bedrijf, de aanvraag bpv-goedkeuring en de bpv-overeenkomst;DVan bedrijf naar leerbedrijf het archiveren van bpv-verslagen en beoordelingen; het archiveren van informatie over potentiële leerbedrijven; het zorg dragen voor de praktijkovereenkomsten.EInhoud bpvFKwaliteitszorgGBijlagenHInhoudsopgave21 22. Rol en taak praktijkopleiderVan een praktijkopleider wordt verwacht dat hij/zij tijd heeft een medewerker of student te coachen en werk-zaamheden aan te bieden die bij zijn of haar opleiding passen. De praktijkopleider onderhoudt contact metde bpv-docent van het ROC over de vorderingen en prestaties. Daarnaast heeft de praktijkopleider aandachtvoor de opleidingseisen en een integere omgang met de medewerker of student.Sommige kenniscentra hebben een kwalificatiedossier ontwikkeld voor de functie van praktijkopleider. Hetdossier van Calibris, geeft een voorbeeld hoe de functie inhoudelijk is vormgegeven.AOmschrijving begrippenDe praktijkopleider: coördineert de beroepspraktijkvorming van de studenten (BOL) of studenten in opleiding (BBL).BVisie en beleid is verantwoordelijk voor de voortgang van de beroepspraktijkvorming van studenten. verzorgt de activiteiten die te maken hebben met de introductie, begeleiding en de beoordeling. beoordeelt en bespreekt de vorderingen die de studenten maken.COrganisatie bpv schept voorwaarden voor de kwaliteit van de beroepspraktijkvorming in de organisatie: introductie op de werkplek, de begeleiding van studenten door begeleidings- en beoordelingsgesprekken, het zorgdragen voor de individuele bpv van de student en het overleg met de opleiding.DVan bedrijf naar leerbedrijf organiseert en coördineert in samenwerking met collega’s en werkbegeleiders de route van de studenten tijdens de beroepspraktijkvorming. ontwikkelt werkplannen voor de bpv en begeleidt de uitvoering.EInhoud bpv ondersteunt, adviseert, informeert en coacht de werkbegeleiders bij de uitvoering van de beroepspraktijk- vorming die aansluit op het opleidingsniveau van de student en de te behalen competenties van de betref-FKwaliteitszorgfende bpv-periode. verzorgt mede de selectie van studenten. De opleidingscoördinator van het leerbedrijf beslist over de aan- name.GBijlagen signaleert relevante ontwikkelingen en rapporteert hierover aan de opleidingscoördinator. ontwikkelt in samenwerking met de opleidingscoördinator en de werkbegeleider benaderingswijzen en methodieken voor de bpv.HInhoudsopgave levert een bijdrage aan kwaliteitsbewaking en beleidsontwikkeling van de bpv op organisatieniveau. bevordert de integratie tussen theorie en praktijk. verricht de aan de functie verbonden administratieve taken. 22 23. Rol en taak werkbegeleiderHet taakgebied van de werkbegeleider omvat alle begeleidingsactiviteiten die plaatsvinden op de werkvloer.De werkgebegeleider: neemt bij problemen met de student of stagnatie van de bpv-opdracht, tijdig contact op met de praktijkop- leider. stimuleert de student in het opstellen van persoonlijke leerdoelen en het zoeken naar oplossingen geeft instructies en controleert op vakinhoudelijke vaardigheden en werkindeling.AOmschrijving begrippen adviseert de student op het gebied van werktempo, werkhouding, klantcontacten en sociale vaardigheden, zonder hierbij dwingend of in een leidinggevende positie te treden. wordt in het begeleiden van de student aangestuurd, gecoacht en ondersteund door de praktijkopleider.BVisie en beleidIn bijlage 2 is een uitgebreid competentieprofiel van de werkbegeleider opgenomen.COrganisatie bpvDVan bedrijf naar leerbedrijfEInhoud bpvFKwaliteitszorgGBijlagenHInhoudsopgave23 24. Rol en taak beoordelaarDe beoordelaar beoordeelt de proeve van bekwaamheid.Dit kunnen zijn: vanuit leerbedrijf: praktijkopleider / werkbegeleider vanuit het ROC: bpv-docent, vakdocent, bpv-coördinator.Het verdient de voorkeur om de begeleiding en beoordeling door verschillende personen te laten uitvoeren.AOmschrijving begrippen Dus liever niet de student laten beoordelen door de eigen SLB-er / coach/ mentor.RolBVisie en beleidDocenten kunnen als beoordelaars worden aangewezen door de Examencommissie voor het beoordelenvan Proeven, zowel externe als interne. Het leerbedrijf is verantwoordelijk voor het benoemen van de eigenbeoordelaar.COrganisatie bpvVerantwoordelijkheden en bevoegdheden beoordelaarDe beoordelaar van het ROC is op aanwijzing van de Examencommissie verantwoordelijk voor een correcteDVan bedrijf naar leerbedrijf afname en beoordeling van de examens in de beroepspraktijk.De beoordelaar heeft de proeve voor beoordelaars met goed gevolg afgesloten.EInhoud bpvTaken beoordelaar proeven van bekwaamheidFKwaliteitszorgFase TaakBereidt de beoordeling voor. Planning en afname Observeert de uitvoering van het examen / de proeveopdracht.GBijlagen Vult het beoordelingsformulier in.Leidt de nabespreking en spreekt de beoordeling uit. Beoordeling en uitslagHInhoudsopgaveLevert gegevens beoordeling aan bij de bpv-docent van de opleiding.24 25. Competenties van beoordelaars van proeven van bekwaamheid Deskundig- Beschikt over vakinhoudelijke deskundigheid, opgebouwde ervaring in het vak.- Is in staat te beoordelen, op grond van de vakinhoudelijke kennis, met voldoende of onvoldoende. Voorbeeldfunctie- Is een voorbeeld voor de student.- Is ontwikkelingsgericht.AOmschrijving begrippen - Is in het werk wellevend en accuraat.- Vertoont een beroepshouding zoals men die ook van de student verwacht. Communicatieve vaardighedenBVisie en beleid- Is sociaal en communicatief vaardig.- Is in staat goede feedback te geven. Creatief en initiatiefrijkCOrganisatie bpv- Denkt mee in mogelijkheden om een proeve af te leggen.- Creëert situaties waarin de student de proeve kan afleggen.- Ondersteunt bij het zoeken naar geschikte situaties.DVan bedrijf naar leerbedrijf Interveniëren- Ondersteunt de student gedurende een proeve.- Kan ondersteunen zonder de werkzaamheden over te nemen.EInhoud bpv- Kan passend onderbreken met het doel de student verder te helpen. BetrouwbaarFKwaliteitszorg - Kan discreet en eerlijk omgaan met de beoordelingsresultaten.- Kan beoordelingsresultaten vertrouwelijk behandelen. Bewust van kans op foutenGBijlagen - Kan fouten herkennen en erkennen.- Heeft een goed reflecterend vermogen.- Is kritisch, ook naar zichzelf toe.HInhoudsopgave Besluitvaardig- Kan met behulp van de eisen die aan de student gesteld worden, beslissingen nemen.- Is standvastig in het nemen van een besluit over de beoordeling. Zelfvertrouwen- Kan duidelijk en standvastig de eigen standpunten en voorstellen formuleren en kan deze overdra- gen aan anderen.- Maakt een zelfverzekerde indruk in zijn optreden.- Brengt standpunten en voorstellen met zelfvertrouwen naar voren.- Handhaaft zijn zelfverzekerde indruk ook bij weerstand tegen zijn standpunten.In het Handboek Examinering vindt u een uitgebreide omschrijving25van rollen en taken met betrekking tot het examenproces. 26. Rol en taak KBB / opleidingsadviseurTer ondersteuning van het ROC van Twente werft, erkent en registreert de opleidingsadviseur (ook welconsulent genoemd) van het KBB leerbedrijven voor studenten. Aan de hand van algemene criteriawordt de geschiktheid en bereidheid van bedrijven om studenten op te leiden geïnventariseerd en om-gezet in erkende leerplaatsen. Een opleidingsadviseur van het KBB is niet alleen de schakel tussen on-derwijsinstellingen en bedrijfsleven, maar ondersteunt hen ook. Met name bij ‘specifieke doelgroepen’,zoals moeilijk plaatsbare studenten, kan nauwe betrokkenheid van de opleidingsadviseur van een ken-AOmschrijving begrippen niscentrum gewenst zijn. De opleidingsadviseur kan helpen bij het vinden van een geschikt leerbedrijfdat ervaring heeft met het opleiden van betreffende studenten, een veilige leeromgeving vormt en eencompetente praktijkopleider heeft. Het uitgangspunt is dat het kenniscentrum uitsluitend op verzoek vanBVisie en beleidhet leerbedrijf en/of de onderwijsinstelling betrokken is.COrganisatie bpvDVan bedrijf naar leerbedrijfEInhoud bpvFKwaliteitszorgGBijlagenHInhoudsopgave26 27. 5. Communicatie en informatieOm een goede communicatie te kunnen waarborgen liggen er bij leerbedrijf en opleiding schriftelijkeafspraken waarin minimaal staat wie welke informatie wanneer moet hebben ten aanzien van:a) het leerwerkplanb) de studievoortgang van de studentc) de beoordeling en de begeleidingAOmschrijving begrippen d) de taken en verantwoordelijkheden van medewerkers ene) de evaluatiesDaarnaast worden er bij leerbedrijf en opleiding jaarlijks door medewerkers evaluatieformulieren inge-BVisie en beleidvuld over de kwaliteit van de communicatie en de informatievoorziening.BereikbaarheidCOrganisatie bpvZorg ervoor dat medewerkers van de opleiding altijd goed bereikbaar zijn voor student en leerbedrijf.Stel procedures op waarmee een snelle en adequate reactie van bpv-docenten op telefoontjes of e-mailgegarandeerd wordt. Bereikbaarheid van de opleiding kan geregeld worden middels een portal, middelsDVan bedrijf naar leerbedrijfe-mail, (mobiele) telefoon en/of middels vaste aanspreekpunten. De onderwijsinstelling dient te zorgenvoor de inrichting van een meldpunt, waar leerbedrijf of student terecht kan in geval van een klacht overde bpv. In de communicatie wordt dit meldpunt bekend gemaakt en wordt voor alle partijen aangegevenEInhoud bpvwat het meldpunt doet.FKwaliteitszorg Voorlichting studentenZorg voor goede voorlichting en voorbereiding voordat studenten op bpv gaan, of aan het begin vaneen BBL-opleiding. Zorg dat studenten weten wat ze te wachten staat, zodat valse verwachtingen enGBijlagen teleurstellingen worden voorkomen. IIn de voorlichting komen de volgende onderwerpen in ieder gevalaan de orde: Voldoende informatie, passend bij de fase van de opleiding, om een keus te kunnen maken uit deHInhoudsopgaveverschillende leerbedrijven (soort bedrijf, bedrijfscultuur, leermogelijkheden, benodigde kwalificaties,eisen aan zelfstandigheid, wensen van het bedrijf t.a.v. de student) Rechten en plichten tijdens de bpv (tijd om aan opdrachten te werken, werktijden, overwerk, vakan-ties, stagevergoeding, verzekeringen, bij ziekte wat te doen, reistijd/-kostenvergoeding, etc.) Wat er van de studenten verwacht wordt Hoe de dagelijkse praktijk eruit ziet; wat de student gaat doen Wat de student mag verwachten van de praktijkopleider/ docent Informatie over de bpv-opdrachten/ proeven van bekwaamheid en de beoordelingsprocedures, Hoe de begeleiding vanuit school en het contact geregeld wordt Hoe (indien relevant) de examinering in de praktijk plaats vindt.27 28. Voorlichting leerbedrijvenDe bpv-coördinator is verantwoordelijk voor de voorlichting en het voorlichtingsmateriaal voor studentenén leerbedrijven. Uit onderzoek blijkt dat leerbedrijven zeer veel waardering hechten aan heldere infor-matie over de opleiding, over wat competentiegericht onderwijs inhoudt en over de vormgeving van hetonderwijs. Het voorlichtingsmateriaal bedoeld voor leerbedrijven geeft daarom antwoord op vragen als: wat is competentiegericht onderwijs? wat wordt van een leerbedrijf verwacht?AOmschrijving begrippen de beoogde samenwerking: hoe zijn de rollen en taken verdeeld? wat is de inhoud van de opleiding en de bpv? hoe ziet de methodiek van opleiden, leren in de bpv, toetsen en examineren eruit?BVisie en beleid wat is de beoogde inzet van het leerbedrijf? en wat is de inzet van de opleiding tijdens de bpv?COrganisatie bpvHet verstrekken van de juiste informatie voorkomt dat er onjuiste denkbeelden en valse verwachtingenontstaan. Zorg altijd dat een leerbedrijf juist én tijdig wordt geïnformeerd. Tijdig wil meestal zeggen alshet bedrijf benaderd wordt om als leerbedrijf te fungeren.DVan bedrijf naar leerbedrijfBpv-gids ROC-deelDoel van de bpv-gids is om informatie over de bpv te verstrekken aan leerbedrijf en student. Deze infor-EInhoud bpvmatie is bedoeld om de dagelijkse gang van zaken goed te laten verlopen. De bpv-gids bestaat uit eenROC-deel deel, waarin informatie staat die voor het gehele ROC geldt, en een opleidingsdeel, wat doorFKwaliteitszorg de opleiding wordt ingevuld. Naast informatie kunnen ook de bpv-opdrachten worden opgenomen in debpv-gids. In de bpv-gids ROC-deel worden de volgende onderwerpen behandeld:1 Verplichte documentenGBijlagen 2 Informatie met betrekking tot specifieke doelgroepen (asielzoekers, gehandicapten)3 Een aantal aspecten in de beroepspraktijkvorming4 KenniscentraHInhoudsopgave5 Internationale bpvIn het algemene deel worden vragen beantwoord als: Waarom in de praktijk leren? Hoe komt de student aan een bpv-plaats? Student als student, of student als werknemer? Welke eisen stelt de school? Welke eisen stelt de praktijkbiedende organisatie? Wat zijn de rechten van de student? Aan welke regels moet de student zich houden? Wie is waarvoor verantwoordelijk? Hoe kan ik de opleiding/ bpv-docent bereiken?28 29. BedrijfsbezoekenEen bedrijfsbezoek is een uitstekend middel om de relatie te onderhouden en om persoonlijke aandacht tegeven aan de student. Een intensief contact tijdens de bpv toont betrokkenheid met student, die daardoormeer gemotiveerd zal zijn voor de studie. Daarom is het regelmatig afleggen van bedrijfsbezoeken zekerwenselijk. Om regelmatig bij alle studenten op bedrijfsbezoek te gaan is zeer arbeids- en tijdsintensief.Maak daarom gebruik van alternatieven. Hoewel een bedrijfsbezoek zeer op prijs gesteld wordt, zijn stu-denten vooral gebaat bij regelmatig contact en aandacht. Contact kan in levende lijve worden onderhou-AOmschrijving begrippen den, maar ook telefonisch, via e-mail, sms, msn of Hyves. Onderzoek wijst uit dat studenten ook dezelaatste drie methodes zeer waarderenBVisie en beleidTips voor goede communicatie met leerbedrijven Werk structureel aan wederzijdse bekendheid, kennis en begrip tussen bpv-docenten en onderwijs- instellingen enerzijds en praktijkopleiders en bedrijven anderzijds.COrganisatie bpv Streef naar persoonlijke contacten, zodat knelpunten snel kunnen worden opgelost. Stimuleer ook belangstelling voor elkaars werkprocessen, zodat ze beter op elkaar kunnen worden afgestemd. De inhoud en vorm van het onderwijs blijven zo dicht bij de ontwikkelende beroepsprak-DVan bedrijf naar leerbedrijftijk. Verstrek regelmatig kort en bondig informatie, vermijd daarbij wollig taalgebruik. Voor kader/algemeen overleg over samenwerking verdient één aanspreekpunt de voorkeur.EInhoud bpv Zorg dat kaderafspraken bekend zijn bij praktijkopleider/ werkbegeleiders en bpv-docent / bpv-coör- dinator zodat zij op eigen niveau hierbinnen afspraken kunnen concretiseren.FKwaliteitszorg Zorg dat de inhoud van communicatie en verantwoordelijkheid van de partners in overeenstemming zijn met elkaar.GBijlagenHInhoudsopgave29 30. 6. FaciliteitenEen van de hete hangijzers in het organiserenvan de bpv is het beschikbaar stellen van vol-doende faciliteiten voor bpv-docenten. Een veelgehoord probleem van docenten is dat de tijdontbreekt om bedrijven regelmatig te kunnen be-AOmschrijving begrippen zoeken. Ook ruimte om gesprekken te kunnenvoeren op school is soms een probleem.Breng als organisator van de bpv vooraf in kaartBVisie en beleidwat precies nodig is aan faciliteiten om verras-singen achteraf te voorkomen. Wat aan middelenen mankracht nodig is, is sterk afhankelijk van deCOrganisatie bpvopleidingsvisie op de bpv, van de geografischeligging van de opleiding t.o.v. de leerbedrijven envan de branche.DVan bedrijf naar leerbedrijfHet in kaart brengen gaat eenvoudiger als ereen koppeling gemaakt wordt tussen formuleren,communiceren, naleven en bijstellen enerzijds,EInhoud bpven de visie, organisatie, inhoud en evaluatie an-derzijds. Het schema op de volgende pagina kanFKwaliteitszorg gebruikt worden om de benodigde faciliteiten inkaart te brengen.GBijlagenHInhoudsopgave30 31. Schema benodigde faciliteiten(tijd, deskundigheid, mankracht, middelen/apparatuur, ondersteuning, materiaal, software, feedback vergoedingen) VisieOrganisatie InhoudEvaluatie formuleren visie op bpv formuleren functieprofielen bpv bpv-opdrachten evalueren functieprofielen overzicht beleidsdoelen gekoppeld begeleiders examenopdrachten evalueren rol en taakverdelingFormuleren aan bpv rol- en taakverdeling formuleren bpv-gids evalueren klachtenprocedures klachtenprocedures opstellen beoordelingssystematiek leidraad functioneringsgesprek begeleidingsmodelOmschrijving begrippen functioneringsgesprek bpv-docent beschrijving leerdoelen bpv a.d.h.v. functieprofielen(per student vastleggen) formuleren meetbare verbeterpunten opbrengst reflectieverslagenVisie en beleidvoor de bpv op basis van evaluaties doel en functie bpv-bureau vastleggen afstemmen bpv-visie van opleidingOrganisatie bpv opstellen communicatieplan: voorlichting leerbedrijven evalueren communicatieCommuniceren met visie leerbedrijf ofwie moet welke informatie, voorlichting aan studenten met student komen tot een gezamenlijke visiewanneer hebben (intern en extern) opstellen leerwerkplannen evalueren communicatie Van bedrijfbpv metleerbedrijf op de naar leerbedrijven inrichten bpv-portal:POK (invullen en verwerken)met leerbedrijven visie uitdragen aan docenten, digitale ruimte om informatie contact onderhouden student evalueren communicatie intern leerbedrijven en studenten (omtrent opleiding en student) te bedrijfsbezoeken afleggen delen met student en leerbedrijf reageren op vragen/Inhoud bpvopmerkingen leerbedrijven reageren op wekelijkse reflectie-verslagenKwaliteitszorg reflectie uitkomsten bespreken vastleggen in hoeverre docenten inventariseren en vastleggen van ondersteuning student bij sollicitatie PDCA cyclus bpv opstellenBijlagen visie onderschrijvende namen medewerkers die aan func-/ sollicitatieprocedureen inroosteren opleiding (materiaal, werkwijze, tieprofielen bpv voldoen voorbereiden op bpv evalueren leertraject met studentenNalevenbegeleidingsmodel) toetsen aan afstemming met leerbedrijf over bij start bpv inventariseren actuele evalueren naleven proceduresInhoudsopgave visiecoherentie met kwaliteitseisen inhoud en begelei- en feitelijke voorkennis en ervaring evalueren begeleiding door student ding leertraject student evalueren naleven visie jaarlijkse functioneringsgesprekken beoordelen opdrachten een gezamenlijke jaarlijkse evaluatie bpv-medewerkers vastleggen studievoortgang van de bpv door leerbedrijf en opleiding examineren in de praktijk opleiding herzien/ aanpassen aan scholing medewerkers (begeleiding,Aan de hand van evaluaties: ROC-spiegel enquête maken enBijstellen vastgesteld beleid en geformuleerde examinering) bijstellen bpv-opdrachtengegevens analyseren visie in overleg met leerbedrijf bijstellen bijstellen voorlichting bijstellen evaluatieformulieren jaarlijks bijstellen visiedocument en functieprofielen bijstellen methodieken voor ni-veau evalueren scholing docenten opleidingsmateriaal bijstellen klachtenproceduresmeting jaarlijks bijstellen gezamenlijke visie (opleiding-leerbedrijven) 32. 7. Begeleidingsuren BPVHet is lastig om een eenduidig advies te geven over het aantal in te zetten docenturen voor bpv-bege-leiding. Het aantal uren is sterk afhankelijk van de inhoud van de bpv en de taken van de bpv-docent.Aan de hand van een in 2005 verricht onderzoek kan een indicatie gegeven worden voor wat redelijk is.Er is namelijk op grote schaal onderzoek gedaan naar de hoeveelheid uren die bpv-docenten en bpv-coördinatoren inzetten om studenten in de bpv te begeleiden.AOmschrijving begrippen Gemiddeld besteedden de bpv-docenten en bpv-coördinatoren per week 4 uur (239 minuten) aan hetbegeleiden van studenten tijdens hun bpv. Alle stagebegeleiders gaven aan studenten te bezoeken ophet leerbedrijf. Daarnaast had 88% telefonisch contact met de praktijkopleider, zo’n 80% had mail- enBVisie en beleidtelefonisch contact, 66% had persoonlijk contact met de student op school en 49% had mailcontact metde praktijkopleider.De helft van de docenten in het onderzoek gaf aan dat men niet voldoende tijd had om goed te kunnenCOrganisatie bpvbegeleiden. Een reële caseload zou 20 tot 25 minuten per student per week zijn. Dit is vergelijkbaar metandere begeleidingsfuncties zoals trajectbegeleiding in reïntegratiebedrijven.DVan bedrijf naar leerbedrijfVoor de bpv-coördinator zou het aantal minuten per student hoger moeten zijn aangezien deze zich nietalleen bezig zou moeten houden met het begeleiden van de studenten maar ook met het werven vanbedrijven, het maken van afspraken met bedrijven een instellingen en het organiseren van bijeenkom-EInhoud bpvsten en contacten. Daarvoor zou per week vier uur extra beschikbaar moeten zijn, los van het aantalstudenten.FKwaliteitszorgGBijlagenHInhoudsopgave32 33. In het schema hieronder wordt (voorbeeldmatig) aangegeven hoe de begeleidingstijd van een bpv-docent ingezet kan worden.Taken bpv-docent tijdens blokstage Benodigde tijd per 3 maanden/per studentHet ondersteunen van studenten bij het zoeken naar een bpv-plek15 minutenDe procesmatige begeleiding van de student 10 minutenHet tekenen van de praktijkovereenkomst (POK) namens de opleiding (5 minuten)tijdens bedrijfsbezoekHet geven of uitleggen van opdrachten aan de student en/of helpen kiezen van een project 10 minutenHet verzorgen van interne voorlichting over mogelijkheden en regelingen (klassikaal) 5 minutenHet bewaken van de doelstellingen van de bpv (10 minuten)tijdens bedrijfsbezoekHet afleggen van 2 bedrijfsbezoeken (midden, eind) incl. reistijd150 minutenHet onderhouden van contact met de student en de praktijkopleider10 minutenHet onderhouden van de relatie met bedrijven 10 minutenHet optreden als intermediair bij gerezen problemen tussen student en bpv-bedrijf (gemiddeld)5 minutenHet toetsen van vorderingen van de student aan de individuele doelstellingen zoals geformuleerd tijdens bedrijfsbezoekin het leerwerkplan van de student (10 minuten)Het stimuleren van reflectie/reageren op werkverslagen en opdrachten 20 minutenHet schriftelijk bijhouden van gemaakte afspraken en van problemen die zich voordoen in de tijdens bedrijfsbezoeksamenwerking tussen leerbedrijf, student en onderwijsorganisatieHet beoordelen van de student na afloop van de bpv (eindbeoordeling) het overleg daarover met 5 minutende praktijkopleider en de terugkoppeling daarvan naar het leerbedrijf. (30 minuten)Het terugkoppelen van suggesties van het bedrijfsleven voor aanpassing aan het opleidingstraject 5 minutennaar het managementTotaal 245 minuten per drie maandIs ongeveer 80 minuten per maand per student 245 minuten80 : 4 = ong. 20 minuten per student.33 34. Het bovenstaande model is gebaseerd op een blokstage. Bij een lintstage zal de begeleidingstijd nietveel afwijken. De begeleidingstijd bij een lintstage kan enerzijds wat minder zijn om het contact met destudent te handhaven, omdat de docent de student iedere week op school ziet. Daarentegen wordt debehoefte aan begeleidingstijd weer groter per student, doordat de docent (bij een lintstage) vaker opbedrijfsbezoek gaat per bpv-periode omdat deze doorgaans het gehele jaar bestrijkt.Het aantal benodigde minuten per student is groter als de behoefte aan begeleiding toeneemt, zoalsbijvoorbeeld in opleidingen op niveau 1 of 2. De taken van de bpv-docent zijn uiteindelijk bepalend voorAOmschrijving begrippen de toe te kennen begeleidingsuren.BVisie en beleidCOrganisatie bpvDVan bedrijf naar leerbedrijfEInhoud bpvFKwaliteitszorgGBijlagenHInhoudsopgave34 35. D1. WervingVan bedrijf naar leerbedrijfDe eisen aan een leerbedrijf zijn stevig. Er wordt verwacht dat leerbedrijven een duidelijke bijdrage leverenaan het stellen van leerdoelen, het werken aan de leerdoelen, het beoordelen van opdrachten en examens enhet informeren van en onderhouden van contacten met de opleiding. Daarom is het zaak om niet zozeer opAOmschrijving begrippen zoek te gaan naar een groot aantal leerbedrijven, dan wel naar een aantal kwalitatief goede leerbedrijven. Decontacten en de persoonlijk relatie met het leerbedrijf zijn daarbij van groot belang.BVisie en beleidBij het werven van leerbedrijven gaat het erom de voordelen voor het leerbedrijf duidelijk op een rij te zetten.Hier worden enkele voordelen opgesomd, die ingezet kunnen worden bij het werven van een leerbedrijf. U helpt de opleiding bij het opleiden van aankomende vakkrachten.COrganisatie bpv U biedt studenten de mogelijkheid een mooi beroep te leren door uw kennis en kunde beschikbaar te stel-len.DVan bedrijf naar leerbedrijf U krijgt een helpende hand erbij (gratis of tegen onkostenvergoeding) die vaak zeer bereidwillige is om vanalles en nog wat aan te pakken Leerbedrijven van BBL-studenten en van studenten met een handicap kunnen onder bepaalde voorwaar-EInhoud bpv den belastingvoordeel verkrijgen. De leidinggevende rol van werkbegeleiders is meestal motiverend en stimulerend voor de begeleider zelf. het onderwerp ‘opleiding’ gaat leven in de organisatie en zet medewerkers aan tot verdere ontplooiing enFKwaliteitszorg kennisdeling. Er waait een frisse wind in het bedrijf; studenten kunnen met nieuwe onconventionele ideeën komen. De bpv biedt de mogelijkheid om nieuw personeel te leren kennen en te selecteren. Leerbedrijf zijn bete-GBijlagen kent over een effectieve en goedkope manier beschikken om aan goed personeel te komen. Een vergroting van de diversiteit van het personeel, wat positief uitpakt op de creativiteit en activiteit. Door de relatie met de opleiding en de andere leerbedrijven krijgt u toegang tot nieuwe technologischeHInhoudsopgavekennis en methodieken. Een tevreden student is een lopend reclamebod onder mede studenten, vrienden en collega’s. Door leerdoelen te stellen en uw student te ondersteunen bij het bereiken van deze doelen, wordt uw bedrijfeen lerende organisatie, waarmee uw bedrijf succesvoller zal zijn in de kenniseconomie. U levert een bijdrage aan de ontwikkeling van talenten in de regio, die de gehele economie ten goede komt. Een mogelijkheid om een geweldige bijdrage aan de maatschappij te leveren.35 36. 2. AccreditatieAccreditatie is het proces waardoor een praktijkorganisatie het keurmerk verwerft om opgenomen te wordenin het register van erkende leerbedrijven. Dat een leerbedrijf geaccrediteerd moet worden, is een wettelijkebepaling.Uren die gemaakt worden in een niet geaccrediteerde organisatie mogen niet meetellen voor de bpv. De ac-creditatie wordt door het betreffende landelijk orgaan beroepsonderwijs verleend als de praktijkorganisatieAOmschrijving begrippen heeft aangetoond aan kwaliteitscriteria te kunnen voldoen met betrekking tot de inhoudselementen van een(deel)kwalificatie en met betrekking tot de begeleiding van de student. Alleen geaccrediteerde praktijkorga-nisaties mogen bpv-plaatsen ter beschikking stellen, die door de onderwijsinstelling kunnen worden ingezetBVisie en beleidvoor de uitvoering van het bpv-programma. Niet geaccrediteerde bedrijven tellen wel mee voor de 850 uurbegeleid leren op voorwaarde dat goede begeleiding gegarandeerd is. Maar deze bedrijven tellen niet meeom aan het minimum aantal bpv-uren (BOL=20%) te komen. (zie ook pag. 12: omvang bpv in de opleiding).COrganisatie bpvDe keuringOm de stap naar leerbedrijf zo eenvoudig mogelijk te maken, kan de opleiding aanbieden aanbieden de aan-DVan bedrijf naar leerbedrijfvraag voor accreditatie voor het leerbedrijf te regelen.De accreditatie wordt aangevraagd bij het KBB waarbij de opleiding is aangesloten. Dit is een eenvoudige ad-ministratieve handeling, die vaak via de website kan worden uitgevoerd. Zodra de eerste aanvraag is gedaan,EInhoud bpvneemt een KBB-consulent contact op met het leerbedrijf in spe en wordt alles verder geregeld.FKwaliteitszorg De voorwaarden voor erkenning van een leerbedrijf bestaan uit basisvoorwaarden die vastgesteld zijn doorhet COLO en uit aanvullende voorwaarden die per KBB kunnen verschillen. De voorwaarden zijn vastgelegdin een zogenaamde erkenningsregeling. Hierin staat onder meer dat goede begeleiding gegarandeerd moetGBijlagen zijn en dat in het bedrijf een gekwalificeerd leermeester aanwezig moet zijn. Ook is het belangrijk dat het be-drijf werkzaamheden uitvoert die passen bij de opleiding van de student. En natuurlijk moet het juiste gereed-schap beschikbaar zijn.HInhoudsopgaveAdviseurs van de kenniscentra voeren de accreditatie (keuring) uit en maken hierbij per opleiding gebruik vano.a. een checklist. Alle bedrijven en organisaties die aan de criteria voldoen, worden voor een periode vanvier jaar opgenomen in het ‘Register van erkende leerbedrijven’. In het Register Leerbedrijven is per bedrijfaangegeven welke kwalificaties zij kunnen uitvoeren. Jaarlijks komt een opleidingsadviseur om vast te stellenof het bedrijf nog steeds voldoet aan alle voorwaarden.36 37. 3. Inventarisatie leermogelijkhedenHoewel bij de accreditatie door het KBB gekeken is welke kwalificaties een leerbedrijf mag uitvoeren is hetvoor de studentvan belang zeer specifiek te weten over welke leermogelijkhedeneen bedrijf beschikt. Alsbijvoorbeeld een kapster in opleiding moet leren permanenten, kan het zijn dat Kapper A alle kwalificaties maguitvoeren, maar dat in de praktijk blijkt dat Kapper A bijna geen klanten heeft voor een permanent. Hiermeeworden de oefenmogelijkheden voor de student zeer beperkt en kunnen de leerdoelen niet worden behaald.AOmschrijving begrippenOmdat de opleiding verantwoordelijk is voor het gehele leertraject, ook voor het deel binnen het leerbedrijf,dient de opleiding in kaart te brengen welke leermogelijkheden (onderdelen van werkprocessen) geoefend enBVisie en beleidbeoordeeld kunnen worden binnen welk leerbedrijf. Op die manier kan een leerbedrijf gekozen worden wataansluit bij de leerbehoefte van de student. Het is aan te raden de leermogelijkheden per bedrijf te inventa-riseren en de uitkomsten van de inventarisatie aan studenten ter beschikking te stellen. Met behulp van hetCOrganisatie bpvkwalificatiedossier kan een inventarisatie gemaakt worden van competenties en werkprocessen. Studentenkunnen ter voorbereiding op de bpv ook zelf de leermogelijkheden (en andere wetenswaardigheden) vanbedrijven in kaart brengen en bijvoorbeeld aan elkaar presenteren.DVan bedrijf naar leerbedrijfEInhoud bpvFKwaliteitszorgGBijlagenHInhoudsopgave37 38. 4. Vergoedingen en verzekeringenInkomsten studentGekoppeld aan de praktijkovereenkomst kunnen leerbedrijf en student een ar-beidsovereenkomst aangaan dan wel afspraken maken over het verstrekken vaneen vergoeding, maar dit is niet verplicht. De status van de student kan dusvariëren. Er zijn de volgende mogelijkheden:AOmschrijving begrippen 1. Student is werknemer. Naast de praktijkovereenkomst is er sprake van een arbeidsovereenkomst.2. Student krijgt een vergoeding van het leerbedrijf. Naast de praktijkovereen-BVisie en beleid komst is er een vergoedingenovereenkomst.3. Student krijgt geen vergoeding van het leerbedrijf. Er is alleen sprake van een praktijkovereenkomst.COrganisatie bpv Hierbij maakt het niet uit of de student een beroepsbegeleidende (bbl) of een beroepsopleidende leerweg (bol) in het mbo volgt. De genoemde varianten zijn in beide leerwegen mogelijk. In het algemeen heeft een bbl-student echterDVan bedrijf naar leerbedrijf een arbeidsovereenkomst en een bol-student niet.Afdrachtvermindering loonheffing bij leerbedrijfEInhoud bpvHet leerbedrijf kan met een praktijkovereenkomst een beroep doen op de WetVermindering Afdrachtbelasting(WVA) : een aantrekkelijke subsidiemaatregelFKwaliteitszorg van de overheid die scholing van medewerkers beloont. Leerbedrijven hebbenrecht op afdrachtvermindering loonheffing (WAV) als zij BBL-studenten een werk-plek bieden of als ze BOL-studenten (alleen voor niveau een of twee) een bpv-GBijlagen plek bieden. Ook als de BOL-student geen loon ontvangt levert dit de werkgevervoordeel op: de aftrek wordt verrekend met loonbelasting van overige werkne-mers. Meer informatie op www.belastingdienst.nl, kijk bij ‘afdrachtsverminderingHInhoudsopgaveloonheffing’ (http://www.belastingdienst.nl/zakelijk/loonheffingen/lb22_afdracht-verminderingen/lb22_afdrachtverminderingen-09.html).Voor de hoogte en de berekening van de afdracht: zie bpvgids of de website vande belastingdienst.Stagevergoeding BOL studentEen stagevergoeding geven is niet verplicht voor leerbedrijven, hoewel een ver-goeding wel gebruikelijk is. En als het in de CAO van het bedrijf is geregeld, moetmen zich voor wat de hoogte van de vergoeding betreft, daaraan houden.Dehoogte van de vergoeding is afhankelijk van het aantal uren dat gewerkt wordt,38 39. de fase in de opleiding en de daadwerkelijke (reis)kosten. De ge-middelde stagevergoeding voor een MBO-er ligt doorgaans (bij 4bpv-dagen in de week) rond de €182,- bruto per maand (2010).Als een BOL-student tegen een reële beloning, bijvoorbeeld hetminimum (jeugd)loon, werkt is de student (voor de belastingdienst)in een echte dienstbetrekking. In dit geval gelden de gewone re-gels voor de loonheffingen en destudent is dan verzekerd voorAOmschrijving begrippen alle werknemersverzekeringen. De werkgever moet dan premieswerknemersverzekeringen berekenen en ook de ingehouden inko-mensafhankelijke bijdrage Zvw aan hen vergoeden.BVisie en beleidAls er geen echte dienstbetrekking is maar de student ontvangenwel een beloning voor de bpv, dan is er sprake van een fictievedienstbetrekking. Deze stagiairs zijn dan verzekerd voor de WetCOrganisatie bpvWajong en voor de ZW en de werkgever hoeft geen premies werk-nemersverzekeringen te berekenen.DVan bedrijf naar leerbedrijf Verzekering van de studentBepalingen omtrent verzekeringen van studenten tijdens de bpvstaan omschreven in de bpv-gids ROC-deel.EInhoud bpvFKwaliteitszorgGBijlagenHInhoudsopgave39 40. 5. Afspraken op beleidsniveauWanneer een het bedrijf een officieel leerbedrijf is geworden, worden er afspraken gemaakt om de organisatievan de bpv te optimaliseren. Gebleken is dat het maken van deze afspraken (vooral bij grotere bedrijven)zoveel mogelijk dient te gebeuren op beleidsniveau. Overleg op dit niveau is een taak van het managementof van hiervoor aangestelde stafmedewerkers van het ROC. Wanneer het management van een leerbedrijfniet wordt betrokken bij het organiseren van de bpv, kunnen de benodigde faciliteiten en voorwaarden op deAOmschrijving begrippen werkvloer niet gecreëerd worden. Gemaakte afspraken worden vastgelegd en zonodig regelmatig bijgesteld.Er wordt naar gestreefd de volgende voorwaarden (zover mogelijk) te realiseren:BVisie en beleid De organisatie heeft een bpv-beleidsplan geformuleerd; De structuur van de praktijkbegeleiding is geformaliseerd; De taken en verantwoordelijkheden van verschillende betrokkenen bij de praktijkopleiding zijn geformu-COrganisatie bpv leerd en bekend in de organisatie. Hierover bestaat eenduidigheid; Voor de coördinatie/ begeleiding wordt deskundig personeel (didactisch en vakinhoudelijk) ingezet; Voor de begeleiding is tijd/ formatie beschikbaar;DVan bedrijf naar leerbedrijf Betrokkenen begeleiden vanuit dezelfde didactische visie; Rondom de begeleiding is een duidelijke overlegstructuur afgesproken; De communicatie tussen opleiding en werkveld is geregeld;EInhoud bpv Er bestaat een relatie tussen het aantal beschikbaar gestelde bpv-plaatsen en de behoefte aan toekomstig gekwalificeerd personeel;FKwaliteitszorg Bij aanvang van de opleiding (BBL) wordt duidelijkheid gegeven over de functie na diplomering; De kwaliteit van de begeleiding wordt regelmatig getoetst/ geëvalueerd.GBijlagenHInhoudsopgave40 41. 6. Praktijkovereenkomst (POK)Met elke student wordt aan het begin van de opleiding een onderwijsovereenkomst afge-sloten. Hierin zijn naast de formele gegevens ook de rechten en plichten van de schoolen de student vastgelegd. Een onderdeel van deze onderwijsovereenkomst is de prak-tijkovereenkomst, ook wel POK genoemd. Deze wordt opgemaakt als de student gaatstarten met het praktijkgedeelte van de opleiding, de bpv. De praktijkovereenkomst regeltAOmschrijving begrippen in elk geval:a. de aanvangsdatum en einddatum van de beroepspraktijkvorming, alsmede het aan-tal te volgen praktijkuren per kalenderjaar,BVisie en beleidb. de begeleiding van de deelnemer,c. de beschrijving van de competenties die in de praktijk gehaald moeten worden en debeoordeling daarvan, enCOrganisatie bpvd. de gevallen waarin en de wijze waarop de overeenkomst voortijdig kan worden ont-bonden.Zonder praktijkovereenkomst telt een bpv niet mee voor de opleiding. Conform het bpv-DVan bedrijf naar leerbedrijfprotocol dienen aan het begin van de bpv-periode concrete afspraken te worden ge-maakt over leerdoelen tijdens de bpv, het persoonlijk leerprogramma van de student, demanier en de frequentie van de begeleiding en de toetsingsmethoden. Deze afsprakenEInhoud bpvbehoort u vast te leggen in de praktijkovereenkomst of in de daarbij behorende bijlage.FKwaliteitszorg In de BOL-opleidingen kan de bpv verdeeld worden over verschillende leerjaren. Alsde student zover is dat hij/ zij kan deelnemen aan het praktijkgedeelte van de oplei-ding, wordt bekeken in welk leerbedrijf de student de bpv kan volgen. Met dit leerbedrijfGBijlagen wordt dan een praktijkovereenkomst gesloten. Tijdens een opleiding worden doorgaansmeerdere (per leerjaar een of twee) praktijkovereenkomsten afgesloten.HInhoudsopgaveIn de BBL-opleiding is het uitgangspunt de werksituatie bij een werkgever. De praktijk-overeenkomst wordt bij een BBL-opleiding voor de gehele opleidingsduur afgesloten.De praktijkovereenkomst wordt getekend door de student (en eventueel ouders/verzor-gers bij minderjarigheid), de praktijkopleider, de bpv-docent en, indien er sprake is vaneen BBL-leerweg, ook door het kenniscentrum (zie bijlage 1: praktijkovereenkomst).Alle opleidingen van het ROC van Twente dienen gebruik te maken van het standaard-model Praktijkovereenkomst (POK) van dit ROC. Om de student in aanmerking te latenkomen voor studiefinanciering en om aan de eisen voor de bekostiging van de opleidingte kunnen voldoen, dient er voor elke student die op bpv gaat een getekend exemplaarvan de POK te kunnen worden overlegd.41 42. 7. OverlegstructuurLet erop dat er een duidelijke overlegstructuur wordt gecreëerd tussen opleiding en leerbedrijven. Voor eengoede communicatie is overleg op meerdere niveaus noodzakelijk. Dat houdt in dat er regelmatig overleg isop uitvoerend niveau, tactisch niveau én op strategisch niveau. Wanneer er alleen op uitvoerend niveau ge-communiceerd wordt (zoals gebruikelijk tussen bpv-docent en praktijkopleider) ontstaan er problemen binnenhet bedrijf omdat de praktijkopleider niet gemachtigd is de benodigde faciliteiten en de voorwaarden voor eenAOmschrijving begrippen geschikte leeromgeving te creëren. Afspraken worden op strategisch niveau gemaakt en gecommuniceerdmet het uitvoerend niveau.BVisie en beleidWanneer er sprake is van veel kleine leerbedrijven, waar hooguit een of twee studenten geplaatst kunnenworden, is het eenvoudiger om meerdere leerbedrijven binnen een branche te organiseren, zodat met eengroep leerbedrijven overlegd kan worden in plaats van met elk leerbedrijf afzonderlijk.COrganisatie bpvDVan bedrijf naar leerbedrijfEInhoud bpvFKwaliteitszorgGBijlagenHInhoudsopgave42 43. 8. Onderwijsinhoudelijke afstemmingGoede afstemming tussen de begeleiding op school en in de beroepspraktijk versterkt de leer- en ontwikkel-processen op individueel en collectief niveau. De inhoud van opleiding moet goed aansluiten bij de praktijk vanhet uitgeoefende beroep, met name in de regionale situatie.Het opleidingstraject op school en in het leerbedrijf vormen als het goed is een aaneensluitend geheel. Leer-bedrijven en opleiding brengen bij de student de voorkennis en ervaring aan die verondersteld en nodig is bijAOmschrijving begrippen het begin van een eerstvolgende periode op school dan wel in het bedrijf. Om dit te kunnen realiseren zorgtde opleiding ervoor dat er bij het leerbedrijf en bij de opleiding een gezamenlijk opgesteld overzicht van we-derzijds gevraagde voorkennis en ervaring per binnenschoolse- en per bpv-periode aanwezig is.BVisie en beleidDaarnaast moet duidelijk zijn wat het begin- en eindniveau van de student is, per periode. De opleiding zorgtdaarom voor een overzicht van de actuele, feitelijke voorkennis en ervaring van de student. Dit overzicht staatter beschikking van het leerbedrijf, de student en de opleiding.COrganisatie bpvDaarnaast wordt het leerbedrijf voorafgaand aan de bpv geïnformeerd over de motivatie van de student enover eventuele belemmerende en stimulerende factoren.DVan bedrijf naar leerbedrijfVoorkom dat de werkgever de student overschat, zorg er voor dat de werkgever weet wat hij kan verwachtenvoor wat betreft de beroepskwalificatie, kennis, zelfstandigheid, verantwoordelijkheid, motivatie en houding.Geef voorbeelden hiervan.EInhoud bpvEen portfolio kan ook bijdragen aan de overdracht van studentgegevens. Door middel van een portfolio kanFKwaliteitszorg een praktijkopleider op eenvoudige manier achterhalen wat de student al geleerd heeft en wat er nog geleerdmoet worden. Doel en functie van het portfolio moet wel gecommuniceerd worden. Meer over het onderwerpportfolio is te vinden in het hoofdstuk ‘Inhoud bpv’.GBijlagenHInhoudsopgave43 44. 9. Onderhouden van de relatieDoor middel van communicatie kan de relatie en daarmeede samenwerking verbeterd worden. Als succesfactor vooreen goede relatie met het bedrijfsleven staat direct, regel-matig en persoonlijk contact nummer een. In geval van gro-tere arbeidsorganisaties loont het zeker de moeite voor hetAOmschrijving begrippen management om op beleidsniveau afspraken te maken endie uiteraard goed te communiceren met de uitvoerenden.Daarnaast kan de opleidingsafdeling bijvoorbeeld de vol-BVisie en beleidgende concrete activiteiten opzetten om interactie te orga-niseren met het doel relaties met leerbedrijven in de omge-ving op te bouwen of te onderhouden:COrganisatie bpv Kennismaking met leerbedrijven: op kennismakings- bijeenkomsten voor een bepaalde sector kan de oplei- ding haar onderwijsconcept toelichten, zodat leerbedrij-DVan bedrijf naar leerbedrijf ven inzicht krijgen in de opleiding en de knelpunten bij het opleiden. Daarnaast zijn zulke bijeenkomsten een goede manier om te ontdekken welke motieven voor sa-EInhoud bpv menwerking opleiding en leerbedrijven afzonderlijk heb- ben en welke motieven ze kunnen delen.FKwaliteitszorg De opleiding kan met behulp van een project of een on- derzoek behulpzaam zijn bij een gewenste of lopende innovatie in het bedrijf.GBijlagen Het organiseren van docentstages in de leerbedrijven in de regio is eveneens een effectief middel om de relatie met leerbedrijven op te bouwenHInhoudsopgave Ga proactief te werk. Proactief te werk gaan, wil zeg- gen dat de opleiding contact opneemt, regelmatig iets van zich laat horen, interesse toont in het bedrijf, ad- vies geeft over hoe leerwerkplekken te organiseren zijn, werkgevers vraagt om gastlessen te organiseren, vraagt om rondleiding voor docenten, vraagt om deel te nemen aan symposia, uitnodigt voor open dagen, nieuwsbrie- ven van de opleiding verstuurt, etc.44 45. Organiseer contacten met bedrijven en instellingen niette formeel. Arbeidsorganisaties hanteren andere nor-men voor wat betreft de wijze van communiceren. Zij zijnvaak in staat met korte communicatielijnen te werken.Even snel wat afspreken en dit direct uitvoeren – watarbeidsorganisaties graag doen – lukt dan in de samen-werking met scholen niet.AOmschrijving begrippen Wanneer een bedrijf energie en tijd wil steken in de ont-wikkeling van personeel, is het eenvoudiger om daargoed georganiseerde leerwerkplekken te creëren, bpv-BVisie en beleidplekken te organiseren en contacten te leggen voor deuitwisseling van kennis. Of een bedrijf zijn personeel wilontwikkelen, kunt u soms achterhalen door de vacaturesCOrganisatie bpvvan bedrijven in de sector goed door te lezen. Houd een bedrijfcontactsheet bij, waarop alle acties encontacten vermeld staan, zodat er toch gereageerd kanDVan bedrijf naar leerbedrijf worden als de contactpersoon niet aanwezig is. Detailsvan contacten met locale werkgevers worden in eendaarvoor bedoelde database bewaard.EInhoud bpv Om contacten te onderhouden kan een (voormalig)ondernemer uit de sector ingeschakeld worden. EenFKwaliteitszorg belangrijke factor in een geslaagd experiment bleekde persoonlijke relatie met diverse “concollega’s” vande oud-ondernemer. Via uitgebreid netwerken wordenGBijlagen bedrijven warm gemaakt voor de problematiek door ie-mand die weet waarover het in de branche gaat.HInhoudsopgave45 46. 10. Kenniscentrum Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (KBB)Het KBB heeft een belangrijke rol in de samenwerking. Het KBB heeft tot doelhet opleidingsniveau van werknemers in een bepaalde sector te optimalise-ren. Zij hebben er dus belang bij dat opleidingstrajecten binnen het leerbedrijfgoed verlopen. Een KBB brengt voor elk leerbedrijf in kaart welk niveau vande opleiding binnen dit bedrijf aangeboden kan worden. Van deze kennis kanAOmschrijving begrippen de opleiding gebruik maken bij het matchen van studenten.De opleiding verricht een aantal activiteiten voor het KBB om de bpv te legi-BVisie en beleidtimeren.1. De opleiding verzoekt het KBB een niet erkend leerbedrijf te accrediterenvoor de desbetreffende kwalificatie (als het leerbedrijf dat niet zelf doet).COrganisatie bpv2. De opleiding biedt praktijkovereenkomsten voor de BBL ter ondertekeningaan het KBB aan.3. Mutaties binnen de opleiding, welke betrekking hebben op de bpv, wordenDVan bedrijf naar leerbedrijfaan het KBB gemeld.4. Indien nodig verzoekt de opleiding het KBB het leerbedrijf te bezoekeni.v.m. de kwaliteitswaarborg.EInhoud bpv5. Bij het voornemen een student te plaatsen bij een niet-geaccrediteerd be-drijf, overlegt de bpv-coordinator met het leerbedrijf wie bij het KBB hetFKwaliteitszorg verzoek tot accreditatie gaat indienen: de opleiding of het leerbedrijf.Denk er eens aan om het KBB ook uit te nodigen op bijeenkomsten als: openGBijlagen dagen, werkveldbijeenkomsten, praktijkopleidersdagen etc. Wanneer de rela-tie tussen de opleiding en het KBB goed is, kan de opleiding daar profijt vanhebben in relatie met het leerbedrijf en in de uitwisseling van informatie.HInhoudsopgaveOm praktijkopleiders efficiënt te kunnen scholen en informeren kan wordenoverwogen om praktijkopleidersbijeenkomsten van de opleiding te koppelenaan praktijkopleidersbijeenkomsten van het kenniscentrum. Het is mogelijkom, in het kader van kwaliteitsborging, in overleg met het kenniscentrum ge-zamenlijk invulling te geven aan zo’n bijeenkomst.46 47. E Inhoud BPV1. Planning en voorbereidingBij de planning en voorbereiding van de bpv kan de BPV Toolbox een goede bron van informatie zijn. De plan-ning en voorbereiding van de bpv bestaat voornamelijk uit: het werven van bedrijven (zie: werving)AOmschrijving begrippen het geven van voorlichting aan studenten én leerbedrijven (zie communicatie en informatie) het voorbereiden van de student op de bpvBVisie en beleid opstellen leerwerkplan van de student (zie leerwerkplan) het matchen van studenten met bedrijven het maken en vastleggen van afsprakenCOrganisatie bpv het regelen van de praktijkovereenkomsten (POK) in verband met de financiering. (zie: Praktijkovereenkomst)DVan bedrijf naar leerbedrijfMatchenOm uitval te voorkomen en om ervoor te zorgen dat leerbedrijven geïnteresseerd blijven, wordt getracht stu-EInhoud bpv denten en bedrijven zo goed mogelijk te matchen. Matchen is eenvoudiger als studenten en leerbedrijvenbeschikken over voldoende informatie. Uitgangspunt van matchen is tegemoet te komen aan de wens vanhet leerbedrijf en de mogelijkheden van de student, waarbij gebruik gemaakt kan worden van websites alsFKwaliteitszorg Stageplaza.nl, Stagemarkt.nl en van de ondersteuning die het KBB biedt.Voorbereiding bpv voor leerbedrijvenGBijlagen Vaak vinden leerbedrijven het prettig om studenten te kunnen kiezen, bijvoorbeeld aan de hand van sollici-tatiebrieven. Laat ruim voor het begin van de bpv een sollicitatieprocedure plaats vinden waarin student enleerbedrijf duidelijk maken wat ze elkaar te bieden hebben.HInhoudsopgaveProbeer als bpv-begeleider een aantal vaste bedrijven te ‘bedienen’. Neem de wensen van een bedrijf goeddoor en registreer deze wensen zo, dat andere medewerkers van de onderwijsinstelling deze informatie heb-ben als de vaste bpv-begeleider tijdelijk niet beschikbaar is.Bij studenten die het eerste jaar gepasseerd zijn, kan het portfolio gebruikt worden bij de introductie van destudent. Bespreek niet alleen de beroepsvaardigheden, maar maak in voorkomende gevallen ook duidelijkwanneer er problemen te verwachten zijn met de taal zoals bijv. het schrijven van een brief of het invullen vanformulieren.47 48. Voorbereiding bpv voor studentenBesteed in de voorbereiding op de bpv aandacht aan presentatie- en sollicitatie-vaardigheden. Zorg voor een praktijkgerichte voorbereiding, bijvoorbeeld doorsector- of bedrijfsoriëntatie. Studenten kunnen informatie over leerbedrijvenkrijgen door bij presentaties van studenten uit hogere leerjaren te zitten, door(anonieme) bpv-verslagen te lezen, door websites te bezoeken, door vacatureste lezen en door folders en informatie van het bedrijf te verzamelen.Zorg er vooral voor dat studenten aan het werk gezet worden met de gebodenAOmschrijving begrippen informatie. Alleen het aanbieden van de voorhanden zijnde informatie is niet vol-doende om studenten te informeren.Zorg dat de bpv-begeleider of de werkgever in het gesprek met de student deBVisie en beleidverwachtingen goed duidelijk krijgt: wat hoopt student te gaan leren en wat ver-wacht men van de collega’s op de werkvloer. Ga na of de leerbehoefte van destudent aansluit bij de leermogelijkheden van het leerbedrijf. Stel te hoog ge-COrganisatie bpvspannen verwachtingen tijdig bij.VeiligheidDVan bedrijf naar leerbedrijf Aandachtspunt in de voorbereiding is de veiligheid tijdens de bpv. Denk daar-bij niet alleen aan het werken met voertuigen, machines en chemische stoffen,maar ook aan sociale veiligheid (seksuele intimidatie, discriminatie, agressie ofEInhoud bpv geweld) bij collega’s en/of cliënten.Afstemming verwachtingenFKwaliteitszorg Studenten kunnen in het competentiegericht onderwijs al vroeg in de opleiding inde bpv worden geplaatst, juist om werkervaring op te doen en inzicht te krijgenin het beroep.GBijlagen Licht werkgevers tijdig goed in over de kennis en vaardigheden die men kanverwachten van de student. Communiceer wat de doelstelling van de bpv is; ofhet een beroepsopleidende of een oriënterende bpv is. Wanneer een werkgeverHInhoudsopgavevoor de plaatsing al weet wat hij wel en niet kan verwachten, kan hij op grondvan die wetenschap kiezen om wel of geen plek aan te bieden aan deze student.Teleurstelling is er dan niet bij.Motivatie problemenDe opleiding heeft soms te maken met minder gemotiveerde studenten. Als zo’nstudent geplaatst wordt, is het verstandig om dit vooraf met de praktijkopleider tecommuniceren. Wat de reden van demotivatie ook kan zijn, ga er niet aan voor-bij. ‘Zomaar’ ongemotiveerd komt zelden voor. Maak het leerbedrijf altijd duidelijkwat het probleem is en vraag hen om medewerking. Regel extra begeleiding enzorg dat de ‘last’ voor het leerbedrijf niet te zwaar wordt. Wissel binnen een leer-bedrijf de gemotiveerde en minder gemotiveerde studenten af.48 49. 2. Begeleiding tijdens de bpv LeerwerkplanVoordat een student op bpv gaat, moet in het leerwerkplan worden vastgelegd over welke competenties eenstudent beschikt en welke leerdoelen er voor de bpv gesteld worden. Leerdoelen worden op basis van eensterkte-zwakte analyse van eerdere bpv en aan de hand van eerder verworven competenties vastgesteld.Uiteraard worden de leerdoelen bij de aanvang van de bpv (of bij BBL, bij aanvang van de studie) gecom-AOmschrijving begrippen municeerd met student en leerbedrijf. Aan de hand van deze gegevens wordt duidelijk of er sprake is vanvoldoende ontwikkeling tijdens de bpv en kan indien nodig tussentijdse bijstelling van het traject plaatsvinden.In het leerwerkplan worden ondermeer afspraken vastgelegd over:BVisie en beleid reflectieverslagen welke leerdoelen de student wil behalen op welke plaats en op welk moment de student aan welke taken/opdrachten werktCOrganisatie bpv de tijd die besteed wordt aan leren en aan werken de manier en de mate van begeleiding die hij daarbij krijgt hoe de beoordeling plaats vindtDVan bedrijf naar leerbedrijf tussentijdse evaluatie bpv-docent terugkomdagenEInhoud bpvHet leerwerkplan wordt ondertekend door student, leerbedrijf en bpv-docent. Na afloop van de bpv-periodeworden de leerwerkplannen (samen met het leerbedrijf) geëvalueerd en worden verbeterpunten geformuleerd.FKwaliteitszorg CoachingDe opleiding steunt op de driehoek student – school – praktijk. In voortdurend overleg binnen deze driehoekGBijlagen wordt bepaald welke competenties de student aantoonbaar verwerft en verdiept. De begeleidingsgesprekkenin de driehoek zijn hiertoe een belangrijk voertuig. De student staat in het midden als regisseur van het eigenleerproces. Aan het begin van het opleidingstraject is sprake van ‘intensieve’ aanvullende begeleiding, gerichtHInhoudsopgaveop het ontwikkelen van de regiefunctie van de student. De intensiteit van deze begeleiding neemt geleidelijkaf en wordt vervangen door toenemende zelfsturing. Per student kan de mate van (zelf)sturing verschillendzijn, afhankelijk van diens eigen vermogen daarin.De student wordt vanuit het werkveld en vanuit school begeleid. Het uiteindelijke doel van coaching is dat destudent in de bpv steeds zelfstandiger en zelfsturender zijn leerproces vorm geeft. Zelfsturing heb je echterniet zomaar, daar moet de student juist bij gecoacht worden. De coach stimuleert groei van de zelfsturing doorde verantwoordelijkheid voor het leren steeds meer bij de student te leggen, naarmate de student die verant-woordelijkheid aan kan. Voor het aanbrengen van structuur in de begeleiding van de student kunt u gebruikmaken van het coachingsmodel2, op de volgende pagina. (Zie ook: pag. 54: coaching)2Handreiking begeleiding en coaching, competentieontwikkelend leren in de Uiterlijke Verzorging, SLOA-project in opdracht van49de BTG KSV met ondersteuning van SLO 50. Coachingsmodel: groei zelfsturend lerenNiveauBeginner GevorderdeVergevorderdeASturend leren Gedeelde sturingZelfsturend leren • Voornamelijk-• Zowel student- • Sturing vanuitgestuurd vanuit als begeleider-de studentB Fasen begeleiderInstrumentengestuurdInstrumentenInstrumenten • Begeleidersrol: • Begeleidersrol:• Begeleidersrol: coachen opC instruerencoachen in de afstandnabijheidDDe student:• kwalificatiedossier De student:• kwalificatiedossier De student:• kwalificatiedossier • wacht af• competentiemeter• maakt samen met • competentiemeter• neemt initiatief• competentiemeter • ontvangt informatie • POP-formulierde studieloop-• POP-formulier • stelt zelf zijn eigen • POP-formulierVoorbereidenE• neemt nauwelijks• PAP-formulierbaanbegeleider• PAP-formulierPOP/ PAP op • PAP-formulierzelf initiatief • opleidingsgids een POP/ PAP• opleidingsgids• bepaalt zelf of hij • opleidingsgids • stelt samen met de• ontwikkelings-• zoekt informatie• ontwikkelings- hulp nodig heeft• beoordelings-F studieloopbaanbe-ge-leider een POP/ portfolio• sterkte/zoveel mogelijkzelf op portfolio De begeleider: portfolioPAP op zwakteanalyse • vraagt hulp• schept voorwaar-Doelen stellen• leerstijlentestals dat nodig isden zodat deGDe begeleider: • STARR-methodestudentde taak • bereidt voor De begeleider: zelfstandig kan • legt het wat • bespreekt deuitvoerenHInhoudsopgave en hoe uit aanpak van • doet het voor de student • geeft het doel • legt uit als en nut aan dat nodig isOriënteren & Plannen • motiveert de • motiveert student de student • spoort initiatievenaan50 51. Coachingsmodel: groei zelfsturend lerenNiveau BeginnerGevorderdeVergevorderdeASturend leren Gedeelde sturingZelfsturend leren • Voornamelijk-• Zowel student- • Sturing vanuit degestuurd vanuit als begeleider- studentB Fasen begeleiderInstrumentengestuurd Instrumenten Instrumenten • Begeleidersrol: • Begeleidersrol:• Begeleidersrol: coachen opC instruerencoachen in de afstandnabijheidDDe student:• Integrale De student: • IntegraleDe student:• Integrale • voert voorge-opdrachten• plant in overlegopdrachten • reflecteert op zijnopdrachten structureerde,• formulier STARRde uitvoering van• formulier STARR eigen handelen• formulier STARRE afgeronde • feedbackdocu-leertaken• feedbackdocumentaan de hand van • feedbackdocumentleertaken uitment• vraagt feedback• PAP-formulier zijn POP/ PAP • PAP-formulier • ontvangt tussen-• PAP-formulierals dat nodig is • motiveert zichzelfUitvoerenF tijds feedback opde voortgang De begeleider:De begeleider: • geeft feedback als • geeft feedback De begeleider: de student daarom op de eigenG Doen! • evalueert envraagtbegeleiding engeeft tussentijds• adviseert deop de reflectiefeedback op destudent bij het tevan de studentHInhoudsopgavewerkzaamheden volgen trajectvan de student • motiveert de stu- • stuurt de student dentbij51 52. Coachingsmodel: groei zelfsturend lerenNiveauBeginnerGevorderdeVergevorderdeASturend lerenGedeelde sturing Zelfsturend leren • Voornamelijk- • Zowel student- als• Sturing vanuit degestuurd vanuitbegeleider-ge- studentB Fasen begeleiderInstrumenten stuurdInstrumenten Instrumenten • Begeleidersrol: • Begeleidersrol: • Begeleidersrol:coachen opC instrueren coachen in de afstand nabijheidDDe student:• reflectieformulier De student:• reflectieformulier De student:• reflectieformulier • laat zijn werk• evaluatiedocumen-• evalueert de eigen• evaluatie- • reflecteert op eigen• evaluatie- evaluerenten werkzaamhedendocumentengedrag en hande- documentenE• krijgt verbeter-• bpv-project• formuleert in over- • bpv-project len • bpv-projectpunten voor zijn• integrale opdrach-leg met de begelei- • integrale• evalueert eigen • integralevolgende POP/ten der verbeterpunten opdrachtenwerkzaamhedenopdrachtenF PAP • competentiemeterDe begeleider: • competentiemeter • ontwikkelings- • geeft aan of hijkwalificeerbaar is of competentiemeter• ontwikkelings-Terugkoppelen • ontwikkelings- De begeleider: • bespreekt hoe hetportfolio niet portfolioportfolio • evalueert de werk- leren heeft plaats- • feedbackformulier • feedbackformulier• feedbackformulierG & zaamheden vangevonden• zelf-assessmentDe begeleider: • zelf-assessmentde student• motiveert tot het • formulier• geeft feedback op • formulier • houdt de evaluatie formuleren van de eigen controleHInhoudsopgave Evaluerenin eigen handverbeterpunten en reflectie van de • formuleert verbe- • geeft advies overstudentterpunten voor dede studievoortgang• adviseert (inover-studentvan de student leg) of de student • geeft studieadvieskwalificeerbaarover de studie-voortgang van destudent52 53. Beschikbaarheid begeleiding op de werkplekRegel de beschikbaarheid van goede begeleiding op dewerkplek met duidelijke afspraken tussen student en bege-leider: Spreek af wat er aan begeleiding op de werkplek ge-regeld wordt en wie waarvoor verantwoordelijk is: denkdaarbij aan een introductiegesprek, een kennismaking,AOmschrijving begrippen begeleiding bij werkzaamheden, voortgangsgesprekken,begeleiding bij het uitvoeren van opdrachten en versla-gen, eindgesprek, beoordeling.BVisie en beleid Zorg dat de student minimaal één keer per week feed-back op het leren en werken krijgt door een deskundigbegeleider.COrganisatie bpv Stuur bij het leerbedrijf aan op begeleiders die voldoenaan het functieprofiel, dat door opleiding en leerbedrijftezamen is opgesteld.DVan bedrijf naar leerbedrijf Probeer te voorzien in merkbare steun van de kant vande chef bij het doorlopen van leerprocessen; Laat de werkbegeleider al in een vroeg stadium aange-EInhoud bpvven of een student geschikt is voor een bepaalde be-roepsrichting.FKwaliteitszorg Zorg voor mogelijkheden voor zelfstandig leren, zoalseen plek om rustig te kunnen zitten met de aanwezigheidvan documentatie, werkbeschrijvingen en dergelijke opGBijlagen de werkplek. Vraag de student de begeleiding te evalueren en zorg dathet leerbedrijf het evaluatierapport ook krijgt. Gebruik bijHInhoudsopgavede evaluatie de gezamenlijk opgestelde functieprofielen. E-mail en sms-jes lenen zich uitstekend om structureelhet persoonlijk contact tussen docent en student te on-derhouden.53 54. Begeleiding werkbegeleider en praktijkopleiderDe dagelijkse begeleiding van de student op de werkplek wordt doorgaans verricht door de praktijkopleider ofdoor de werkbegeleider.Wanneer een begeleider geen inzicht heeft in wat er van hem/haar wordt verwacht bij het begeleiden vanstudenten, kan het competentieprofiel van de werkbegeleider of het kwalificatiedossier van praktijkopleidergebruikt worden om rol en taak inhoudelijk te bespreken. (zie voor meer informatie ook ‘rol en taak werkbe-geleider/praktijkopleider’). Zorg in ieder geval voor goede afstemming van verwachtingen: communiceer watAOmschrijving begrippen van de praktijkopleiders verwacht wordt en wat zij van de bpv-coördinator/ bpv-docent mogen verwachten. Opbouw portfolioBVisie en beleidIn sommige opleidingen wordt gewerkt met een portfolio. Een portfolio kan een goed middel zijn om de prak-tijkopleider snel en goed inzicht te geven in de ontwikkeling van de student en inzicht te geven in de com-petenties waarover de student beschikt. Praktijkopleiders moeten vooraf geïnformeerd worden over wat eenCOrganisatie bpvportfolio is en hoe men hier mee kan werken.Bij het gebruik van portfolio wordt onderscheid gemaakt in het ontwikkel- of beoordelingsportfolio.In een ontwikkelportfolio worden alle producten van de student opgenomen, goede en minder goede pro-DVan bedrijf naar leerbedrijf ducten. De ontwikkeling van de student wordt door middel van dit portfolio in kaart gebracht. Een ontwikkel-portfolio is zowel in een papieren versie als een digitale versie te realiseren. Voor de communicatie met eenpraktijkopleider is een ontwikkelportfolio het meest geschikt, omdat dit, naast de reeds behaalde competentiesEInhoud bpvook inzicht geeft in de manier waarop student zich de afgelopen periode heeft ontwikkeld.FKwaliteitszorgGBijlagenHInhoudsopgave54 55. In een beoordelingsportfolio worden alleen eindproductenbewaard. Dit portfolio laat zien over welke competentieseen student op dat moment beschikt. Bij een beoorde-lingsportfolio is het van belang dat er duidelijke richtlijnenzijn waaraan de opdrachten en de registratie moeten vol-doen, maar ook, waar de beoordeling aan moet voldoen.Een portfolio mag alleen voor de summatieve beoorde-AOmschrijving begrippen ling (examinering) meetellen als het aan de specifieke ei-sen hiervoor voldoet zoals gekwalificeerde beoordelaars,datering van opdracht, verzekerde authenticiteit, en eenBVisie en beleidopdracht die voldoet aan de kwaliteitsnormen van exami-nering etc.COrganisatie bpv PraktijkopdrachtenDe inhoud en organisatie van de bpv wordt in samen-spraak tussen school en bedrijf vorm gegeven op basisDVan bedrijf naar leerbedrijf van het kwalificatiedossier. Het kwalificatiedossier vormtde basis voor de praktijkopdrachten. Praktijkopdrachtenkunnen op verschillende manieren tot stand komen:EInhoud bpv1. Opdrachten die meegegeven zijn vanuit de opleiding2. Opdrachten die in overleg met de student, de praktijk-FKwaliteitszorg opleider en de bpv-docent zijn opgesteld3. Opdrachten die door het leerbedrijf zijn geformuleerdGBijlagen Bij het formuleren van opdrachten zijn er een paar aan-dachtspunten, waarmee een opdracht een hoger leerren-dement krijgt:HInhoudsopgave Vraag de werkgever de student écht werk te laten ver-richten en niet alleen mee te laten lopen. Zorg er voor dat het soort werk, de opdracht, past bijde student en de beroepskeuze qua inhoud, moeilijk-heidsgraad en zwaarte. Probeer de leersituatie aan te laten sluiten bij eerderopgedane ervaringen en interesses. Er is dan bij destudent voldoende zelfvertrouwen aanwezig en hij kanzich identificeren met het beroep, het vak of het bedrijf; Stuur aan op de uitwerking van een hele taak of op-55 56. dracht (planning, organisatie, uitvoering en evaluatie), met daarin veel afwisseling en variatie. Dus niet elke dag dezelfde beperkte handelingen. Wanneer de stu- dent alleen kleine aspecten van een taak mag verrich- ten wordt er niet veel geleerd. Probeer te regelen dat studenten voorzover mogelijk een zekere beslissingsbevoegdheid krijgen voor het werk dat hij/ zij uitvoert, daarbij uiteraard de veiligheidAOmschrijving begrippengoed in het oog houdend. Beslissingsbevoegdheid houdt in dat de student goed moet nadenken en ver-BVisie en beleid antwoorden waarom hij/ zij iets doet. Dat bevordert de leeropbrengst. Het is van belang dat er samenwerking is tussen deCOrganisatie bpv student en de collega’s en chefs en dat de student de ‘taal van de werkvloer’ en de verschillen tussen afdelin- gen leert kennen. Dit kan alleen maar als collega’s zichDVan bedrijf naar leerbedrijfbewust zijn van hun invloed en rol in deze. Vraag de praktijkopleider de directe collega’s te betrek- ken bij het leerproces van de student en medeverant-EInhoud bpv woordelijk te maken. Zorg dat er ruimte geregeld wordt voor uitvoeren vanFKwaliteitszorgopdrachten uit de bpv-map en het samenstellen van verslagen en zorg voor een stimulerende leeromgeving (zelfstandig werken, experimenteerruimte, fouten mo-GBijlagengen maken, hulp en advies mogen vragen, stimulerend voorbeeld krijgen, eigen initiatiefruimte als student).HInhoudsopgave ReflectieReflectie is een onmisbaar onderdeel van het leer- en ont-wikkelingsproces voor studenten, en het stimuleren vanreflectie is onderdeel van een goede begeleiding. Geble-ken is dat het regelmatig reflecteren op leerervaringen leidttot significant betere leerprestaties. Uit eerder in opdrachtvan Colo uitgevoerd onderzoek3 blijkt dat leren in de prak-tijk een grote bijdrage kan leveren aan de vakbekwaam-heid én de persoonlijke ontwikkeling van studenten. Maar56 57. er blijkt ook dat veel bpv-plekken weliswaar goed in ordezijn wat betreft de randvoorwaarden (zoals afwisseling werk,leermogelijkheden), maar dat coaching en aandacht voor re-flectie nog verbeterd kunnen worden. Niet alleen het contacttussen praktijkopleider en student (en ook tussen docenten student), maar ook dat tussen praktijkopleider en docentblijkt veelal procedureel van aard. Er zou meer aandachtmoeten zijn voor het bespreken van ervaringen van de stu-AOmschrijving begrippen dent in het bedrijf en voor het laten ontstaan van leervragenen loopbaanwensen bij de student.BVisie en beleidJuist nu studenten steeds meer verantwoordelijk worden ge-houden voor de ontwikkeling van de eigen competenties ende eigen loopbaan, is ruimte voor dialoog en reflectie tus-COrganisatie bpvsen opleider (zowel op school als in het bedrijf) en studentcruciaal.DVan bedrijf naar leerbedrijf Omdat leerbedrijven vaak weinig tijd hebben of er misschienniet de noodzaak van inzien om telkens stil te staan bij degeleverde prestatie en hierop te reflecteren is dit specifiekEInhoud bpveen taak van het onderwijs. Het onderwijs kent de mogelijk-heid om iets langer stil te staan bij ervaringen en juist daar-FKwaliteitszorg om zou het onderwijs kunnen zorgen voor structurele reflec-tiemogelijkheden voor de student. Dat wil niet zeggen datreflecteren op de werkvloer niet gestimuleerd moet worden.GBijlagenIn een goede bpv reflecteren studenten minimaal één keerper week op de leer- en werkervaringen, hetzij docent ge-HInhoudsopgavestuurd, hetzij praktijkopleider gestuurd. Daarnaast is hetgoed om wekelijks tijd in te plannen om de reflectie-uitkom-sten te bespreken en om de uitkomst van dit proces samente vatten en vast te leggen. Deze samenvatting kunt u ge-bruiken om de verdere ontwikkeling te sturen: hoe kan destudent de verdere competentieontwikkeling vorm geven.3Meijers, F. & Bodegraven, P. van (2004). Wat leer je in de praktijk?57Zoetermeer: Colo. 58. 3. BeoordelingAan het begin en einde van een bpv-periode wordt gemeten en vastgelegd over welke competenties een stu-dent beschikt en in welke mate. Dit wordt gedaan om aan de hand hiervan nieuwe leerdoelen op te kunnenstellen, en om achteraf de ontwikkeling van de student te kunnen aantonen.Om dit op de juiste wijze te kunnen doen zorgt de opleiding ervoor dat: er een functieprofiel is opgesteld voor beoordelaar, waarin de benodigde competenties van de beoordelaarAOmschrijving begrippenworden vastgesteld een beoordelaar beschikbaar is, die voldoet aan het vastgestelde profiel er een valide en betrouwbare methode beschreven is, om de student te kunnen beoordelenBVisie en beleid faciliteiten geregeld zijn om de studenten te kunnen beoordelen faciliteiten geregeld zijn om de beoordeling te kunnen vastleggen de beoordeling wordt gecommuniceerd met student en leerbedrijf.COrganisatie bpvDVan bedrijf naar leerbedrijfEInhoud bpvFKwaliteitszorgGBijlagenHInhoudsopgave58 59. Praktijkopleider als beoordelaarHet streven is dat ieder leerbedrijf een eigen beoorde-laar in dienst heeft, die ieder aan hetzelfde functieprofielvoldoen. Stel dit profiel daarom in overleg met leerbedrij-ven op. Aangezien de beoordeling van examens in detoekomst alleen verricht mag worden door aantoonbaargekwalificeerde en bevoegde beoordelaars, heeft de op-AOmschrijving begrippen leiding er direct belang bij om opleidingen die hiervoorkwalificeren onder de aandacht van praktijkopleiders tebrengen. Calibris, een van de kenniscentra, heeft eenBVisie en beleidkwalificatiedossier voor praktijkopleiders ontwikkeld, aande hand waarvan een op leiding voor praktijkopleidervorm gegeven kan worden. Ook biedt het RBA4 oplei-COrganisatie bpvdingen aan voor praktijkopleiders binnen de sector Zorgen Welzijn.DVan bedrijf naar leerbedrijf Deze opleiding ‘praktijkopleider’ bestaat uit vier verplichteonderdelen: Werkplan maken en tot uitvoering brengenEInhoud bpv Leervoorwaarden creëren Werkbegeleiders coachenFKwaliteitszorg Leerproces begeleiden en beoordelenHet laatste onderdeel (Leerproces begeleiden en beoor-GBijlagen delen) wordt door sommige Kenniscentra als losse modu-le aangeboden. In de praktijk zal het realiseren van eengekwalificeerd beoordelaar wel haalbaar zijn bij grotereHInhoudsopgavebedrijven met een eigen opleidingsbeleid maar kleinerebedrijven zullen niet altijd staan te springen om zoveelextra inspanning te moeten plegen. Wellicht is het handigom (als de overheid ons hiertoe verplicht) eigen krachtenin te zetten.59 60. 4. Examinering in de praktijkCompetentiegericht onderwijs vraagt om beoorde-ling in authentieke beroepssituaties. Binnen hetROC van Twente wordt er daarom naar gestreefdom examinering zoveel mogelijk in de authentiekeberoepspraktijk te laten plaats vinden. Dat betekent dat deAOmschrijving begrippen beroepspraktijkvorming een belangrijke rol speelt binnenhet gehele proces van beoordelen en kwalificeren.BVisie en beleidOok bij summatieve beoordeling in de beroepspraktijkis het ROC verantwoordelijk voor de kwaliteit van zowelproces als product. Dit wil zeggen dat het toetsbeleid vanCOrganisatie bpveen (MBO) College en het Handboek CompetentiegerichteExaminering van toepassing zijn voor respectievelijk in deberoepspraktijkvorming. Richtlijnen en procedures voor hetDVan bedrijf naar leerbedrijfexamineren in de praktijk worden derhalve in dit voorlig-gende handboek niet verder besproken. Hiervoor kunt u hetHandboek Competentiegerichte Examinering van het ROCEInhoud bpvvan Twente raadplegen.FKwaliteitszorgGBijlagenHInhoudsopgave60 61. F Kwaliteitszorg1. BereikbaarheidVoor een optimale samenwerking met leerbedrijven is een goede bereikbaarheid een eerste vereiste. Zorgervoor dat de opleiding kenbaar maakt wanneer de begeleider bereikbaar is voor vragen en opmerkingen, vanstudenten én leerbedrijven. Regel dat er tijdig gereageerd wordt en koppel altijd tijdig terug wat er met vragenAOmschrijving begrippen en opmerkingen is gedaan of wat er mee gedaan gaat worden.Aandachtspunt hierbij is de vermelding van namen en telefoonnummers op de website. Zorg dat deze gege-vens regelmatig worden gecontroleerd op juistheid en zonodig worden aangepast.BVisie en beleidGeef leerbedrijven én studenten emailadressen en telefoonnummers van bpv-docenten. Zorg dat de juistecontactpersonen met naam en toenaam bekend zijn bij alle leerbedrijven. Spreek af met de docenten dat ont-COrganisatie bpvvangen telefoontjes van leerbedrijven op de mail worden gezet naar de desbetreffende bpv-docent. Op dezemanier raken opmerkingen en vragen niet tussen wal en schip.DVan bedrijf naar leerbedrijf Maak afspraken met docenten over de termijn waarbinnen een e-mail naar student of leerbedrijf beantwoorddient te worden. Het bpv-protocol geeft aan dat ieder ROC een Meldpunt bpv dient in te richten. Een Meldpuntbpv zorgt voor goede bereikbaarheid, maar tevens voor een goede verwerking van vragen en opmerkingen.EInhoud bpv Zolang dit nog niet ROC breed georganiseerd is binnen ROC van Twente kan een MBO-college zelf eenMeldpunt bpv opzetten.FKwaliteitszorgGBijlagenHInhoudsopgave61 62. 2. KlankbordgroepenEr zijn verschillende partijen met wie de opleiding, als on-derwijsontwikkelaar, vormgever en aanbieder van onderwijsaan tafel gaat om te zorgen voor voldoende input en om dekwaliteit te handhaven en zo mogelijk te verbeteren. Omdathet niet mogelijk is om met alle vertegenwoordigers van eenAOmschrijving begrippen doelgroep of samenwerkende organisaties tegelijkertijd aantafel te gaan, kunnen klankbordgroepen opgericht worden:1. klankbordgroep leerbedrijven enBVisie en beleid2. klankbordgroep studenten (studentenraad)Klankbordgroep leerbedrijven / c.q. werkveld-COrganisatie bpvcommissieDe klankbordgroep leerbedrijven is het overlegorgaan waarinhet regionale bedrijfsleven en de opleiding vertegenwoordigdDVan bedrijf naar leerbedrijfis. In deze klankbordgroep wordt gewerkt aan het verbeterenvan (bestaande) contacten tussen bedrijven en beroepsop-leiding. Besproken wordt onder meer hoe de bpv verloopt,EInhoud bpvwaar knelpunten en verbetermogelijkheden zitten, welke hia-ten de opleiding kent, hoe de afstemming plaats kan vindenFKwaliteitszorg etc.Het initiatief voor het oprichten van een klankbordgroep leer-bedrijven ligt bij de opleiding.GBijlagen StudentenraadDe studentenraad is de klankbordgroep van studenten. Mini-HInhoudsopgavemaal twee keer per jaar komt deze groep bijeen om de gangvan zaken te bespreken, verbeterpunten vast te stellen ende voorgaande punten te evalueren. Probeer in de studen-tenraad een evenredige vertegenwoordiging te krijgen vanstudenten uit alle lagen van de opleiding. TevredenheidsmetingDoor regelmatig na te gaan in hoeverre de opleiding voldoet62 63. aan de wensen en verlangens van studenten, praktijkopleiders en bpv-docenten, is de inhoud en vormgevingvan de bpv steeds verder te optimaliseren. Via de ROC-spiegel (www.rocspiegel.nl) kan op vrij eenvoudigewijze jaarlijks een tevredenheidsonderzoek gehouden worden. Ook is het mogelijk om tijdens bijeenkomstenvoor praktijkopleiders hen te vragen een enquête in te vullen. De respons is dan veel hoger. Er zijn al veeltevredenheidsonderzoeken verricht. Vragen uit eerder uitgezette onderzoeken zijn eenvoudig aan te passenaan de eigen opleiding. Met behulp van de uitkomsten van het onderzoek kunnen vervolgens conclusiesgetrokken worden over hoe deze tevredenheid verbeterd kan worden om zo uiteindelijk tot betere onderwijs-AOmschrijving begrippen resultaten te komen. Vergeet niet de uitkomst van de enquêtes te communiceren met alle betrokkenen.BVisie en beleidCOrganisatie bpv Van bedrijf naar leerbedrijfDEInhoud bpvFKwaliteitszorgGBijlagenHInhoudsopgave63 64. 3. Scholing medewerkers DocentstageWanneer een docent niet voldoet aan het profiel van de bpv-docent of als een docent ervaring in het beroep wil opdoenwaarvoor wordt opgeleid, is dat middels een docentstage teorganiseren.AOmschrijving begrippen Door docenten binnen een bedrijf stage te laten lopen, kan erkennisuitwisseling plaatsvinden tussen scholen en bedrijven.Op deze manier worden uw toekomstige werknemers (deBVisie en beleidhuidige studenten) beter voorbereid op de praktijk.Met de toenemende invloed van het praktijkleren (leren opde werkplek), is het belangrijk dat de studenten goed wordenCOrganisatie bpvvoorbereid op hun toekomstige baan op de arbeidsmarkt. Datkan alleen als docenten actuele kennis hebben van de prak-tijk. Ook is actuele kennis van de praktijk nodig om studentenDVan bedrijf naar leerbedrijfte ondersteunen in het reflecteren op beroepssituaties.De kennis die de docent opdoet bij een bedrijf komt dus tengoede aan zijn studenten. Doordat de docent weet wat erEInhoud bpvspeelt bij de toekomstige werkgevers van zijn studenten kaner een betere koppeling gemaakt worden tussen de theorieFKwaliteitszorg en de praktijk. Ook kunnen enthousiasmerende praktijkver-halen verteld worden. Voor de docent draagt de stage bij aanzijn of haar deskundigheidsbevordering. Voor de school enGBijlagen het bedrijf is het een manier om de onderlinge contacten teverstevigen.Een docentstage kan variëren van enkele dagen meelopenHInhoudsopgaveen meekijken tot voor een langere periode meewerken. Tij-dens de stage kan de docent haar kennis en kunde inzettenom een aantal medewerkers van het leerbedrijf bij te scholenof om studenten van het ROC te begeleiden.64 65. Bij docentstages adviseren wij om als volgt te werk te gaan.1. Stel vast wat de mogelijkheden binnen een bedrijf zijn voor docentstages:· Welke werkzaamheden/afdelingen binnen dat bedrijf zijn geschikt.· Inventariseer of er binnen het bedrijf medewerkers zijn, die een docent kunnen en willen begeleiden.· Overleg met het bedrijf hoeveel dagen een docent maximaal stage kan komen lopen en bekijk wat demogelijkheden van de docent zijn.2. Vraag het bedrijf een informatiepakket samen te stellen, waarmee docenten zich kunnen voorbereiden.AOmschrijving begrippen 3. Regel een afspraak tussen de geïnteresseerde docent en de begeleider binnen het bedrijf om de mogelijk-heden door te spreken. Laat vooraf vaststellen wat het doel van de stage is.4. Leg de gemaakte afspraken met de docent/het bedrijf schriftelijk vast.BVisie en beleid5. Plan een tussentijdse evaluatie en een eindevaluatie Professionalisering praktijkopleiderCOrganisatie bpvVoor praktijkopleiders die hun competenties op het gebied van coachen en organiseren van de beroeps-praktijkvorming willen uitbreiden, worden door allerlei verschillende organisaties, waaronder kenniscentra enROC’s specifieke opleidingen aangeboden. Doorgaans biedt deze opleiding kennis en vaardigheden metDVan bedrijf naar leerbedrijf betrekking tot het bevorderen van reflectie, het effectief communiceren met studenten, vaardigheden op hetgebied van coachen en begeleiden, kortom hoe men effectiever kan opleiden op de werkvloer.EInhoud bpvDe bpv-docent kan de praktijkopleider (vooral als het wat kleinere bedrijven betreft) vragen of men behoefteheeft aan wat tips of ondersteuning, bij het vormgeven van het leertraject.FKwaliteitszorgzie ook: pagina 48, praktijkopleider als bevoegd beoordelaarzie ook: pag. 59, praktijkopleider als beoordelaarGBijlagenHInhoudsopgave65 66. Docent als coachDocenten die studenten begeleiden tijdens de bpv zijn eigenlijk niet meer zozeer docent, maar hebben eerdereen functie als coach. Een goede coach kan het verschil betekenen tussen wel of niet de bpv met goed ge-volg doorlopen. Een coach stelt telkens samen met de student doelen met een tijdspad en beoordeelt of hetdoel gehaald is, moedigt aan, stelt tussentijds de doelen bij, zoekt naar knelpunten en bevordert de motivatie.Dat is wat anders dan het overdragen van kennis en vaardigheden. Vooral het in overleg met de student enleerbedrijf formuleren van concrete doelen (dat kunnen andere leerdoelen zijn dan de door school geformu-AOmschrijving begrippen leerde opdrachten) en het koppelen van een tijdspad hieraan, is een kunst die niet iedereen beheerst.Behalve dat het vak van coach een ander dan dat van docent is, zijn er ook andere vaardigheden mee ge-moeid. (zie ook: pag. 43: coachingsmodel). Een goede methodiek om het coachen binnen school en in hetBVisie en beleidleerbedrijf vorm te geven is het leercoachen.Leercoaching is een begeleidingsmodel om de student te activeren en te motiveren steeds zelfstandiger aande slag te gaan, en om de begeleider structuur te bieden om de leercompetenties van de student te (leren)COrganisatie bpvcoachen. De student en de coach kijken naar de student vanuit het kwadrantmodel (zie figuur 1).Het kwadrantmodel is binnen leercoaching gekoppeld aan de leercyclus. De leercyclus is een verplicht on-derdeel van de nieuwe competentiegerichte kwalificatiestructuur. (Zie brondocument leren en burgerschap).DVan bedrijf naar leerbedrijf De student heeft kennis (kunnen) nodig om doelen te kunnen stellen (figuur 2). De student zal de motivatie(willen) moeten hebben om daadwerkelijk te oriënteren en te plannen. Vervolgens zal de student het geplandeuitvoeren (doen) en terug kunnen kijken, kunnen evalueren of de prestaties (presteren) naar wens zijn ver-EInhoud bpvlopen. Afhankelijk van de leerstijl van de student en de aard van de prestatie zal de student bij één van deaspecten beginnen.FKwaliteitszorg Steeds staat de vraag centraal: doet en presteert de student wat hij kan en wil?lerengedragGBijlagenniet-zichtbaarKunnen WillenHInhoudsopgavezichtbaar PresterenDoenHoofdinvalshoeken kwadrantmodel4 oeven, H.J. van (2005a). Leercoaching in het beroepsonderwijs. Begeleider; Een kapstok voor compe-Htentiegericht leren en ontwikkelen. Hoeven, H.J. van (2005b). Leercoaching in het beroepsonderwijs. Deelnemer; Een kapstok voor compe-tentiegericht leren en ontwikkelen. Houten: Bohn Stafleu Van Loghum.66 67. De uitdaging aan de leercoach is de student te steeds zelfstandiger te leren leren. Dit vraagt van de coachnaast het vertrouwen er samen uit te komen, kwaliteiten als procesbegeleider met een aardige portie geduld(van zichzelf en van de student). Onderzoek of docenten over de juiste competenties beschikken en regelzonodig scholing, supervisie of intervisie. DoelenOriënterenAOmschrijving begrippenstellen en plannen Kunnen WillenBVisie en beleidStudentCOrganisatie bpv PresterenDoen Terugkijken UitvoerenDVan bedrijf naar leerbedrijfen evaluerenEInhoud bpv Het kwadrantmodel en de leercyclusFKwaliteitszorgGBijlagenHInhoudsopgave67 68. 4. PDCA-cyclusDe PDCA-cyclus (plan, do, check, act) is ervoor bedoeld om met een vaste regelmaat (cyclus) te zorgen datopleidingen, procedures, beleid en visie worden beoordeeld, herzien en bijgesteld.Zorg dat in de PDCA-cyclus van de bpv tenminste wordt opgenomen: De samenwerking met leerbedrijven/ onderhouden van de relatieAOmschrijving begrippen De voorlichting aan leerbedrijven en studenten De realisatie van leerwerkplannen De kwaliteit (gekoppeld aan functieprofielen) van de begeleiding (evaluatie door studenten)BVisie en beleid De evaluatie van de tussentijdse beoordeling van studenten De beschikbaarheid begeleiders en beoordelaars Een gezamenlijke jaarlijkse evaluatie van de bpv door leerbedrijf en opleidingCOrganisatie bpv Examenprocedures Uitwerking van eerder geformuleerde verbeterpunten Functieprofielen beoordelaars en begeleiders (tweejaarlijkse evaluatie)DVan bedrijf naar leerbedrijfEInhoud bpvFKwaliteitszorgGBijlagenHInhoudsopgave68 69. G Bijlage 1:BijlagenstandaardPraktijkovereenkomstpraktijkovereenkomst Ondergetekenden 1 De student6 Betrokken Kenniscentrum Beroepsonderwijs BedrijfslevenAOmschrijving begrippen NaamBrinnummer Achternaam Voorletters en roepnaam 7 Bijzondere bepalingen Adres a. deze praktijkovereenkomst maakt deel uit van een samenstel Postcode van regelingen en overeenkomsten die de opleiding van de stu-dent betreffen, te weten: Woonplaats- de onderwijsovereenkomstBVisie en beleid Telefoonnummer GeslachtNationaliteit- de onderwijs- en examenregeling van de opleiding b. de student is ingeschreven bij de instelling op grond van een on-derwijsovereenkomst Geboorteplaatsc. onderricht in de praktijk maakt deel uit van iedere beroepsoplei-ding conform de Wet Educatie en Beroepsonderwijs Studentnummer d. de door de student in het kader van deze overeenkomst te ver- Geboortedatumrichten activiteiten hebben een onderwijsleerfunctieCOrganisatie bpv hierna te noemen: de student 2 Stichting Regionaal Opleidingen Centrum van Twente 8 Vergoedingen n.v.t. De student ontvangt van de praktijkgever gedurende de activitei- Sectorten in het kader van de beroepspraktijkvorming: Locatieadres1. een vergoeding van bruto€DVan bedrijf naar leerbedrijf Plaats2. een reiskostenvergoeding van€ Telefoon3. een pensionkostenvergoeding van € PraktijkdocentDe school ontvangt van de praktijkbiedende Brinnummer27YUorganisatie een vergoeding van bruto €E 3 Opleiding Inhoud bpv De artikelen 10 tot en met 26, zijnde bepalingen met een algemene Kwalificatiestrekking, staan vermeld op pagina 13 en 14. Deze bepalingen kunnen op deze plaats als ingelast worden beschouwd, en maken Code beroepskwalificatie (CREBO)integraal deel uit van deze overeenkomst. Leerweg 9 Handtekeningen BPV omvat Namens ROC van Twente HandtekeningF Ingangsdatum praktijk KwaliteitszorgEinddatum praktijk Schooldagen*: in onderling overleg Naam DatumH. Schutte-- 20 * indien noodzakelijk Namens student of ouder(s)/voogd(en)* Handtekening 4 De ouders/voogd(en) (wettelijke vertegenwoordiger)* NaamGBijlagen Datum-- 20 Naam* indien de student minderjarig is Adres Postcode Namens de praktijkbiedende organisatieHandtekening Woonplaats Naam * indien student minderjarig en ongehuwd tevens de wettelijk vertegenwoordigerHInhoudsopgave Datum-- 20 5 De praktijkbiedende organisatie Namens de werkgever*Handtekening Naam Naam Afdeling Datum-- 20 Praktijkopleider/Contactpersoon * alleen invullen als de praktijkbiedende organisatie niet de werkgever is Werkadres Postcode Namens bestuur KenniscentrumHandtekening Plaats Beroepsonderwijs Bedrijfsleven Telefoon Naam Correspondentieadres Datum-- 20 Postcode * alleen van toepassing voor beroepsbegeleidende leerweg Plaats Relatienummer* * in te vullen door KBB Contractnummer:Pagina 1 van 2Version: BO/BPVO/RvT/08/1.069 70. Bijlage 2: voorbeeld competentieprofiel van de werkbegeleider 5AOmschrijving begrippenIntroducerenCompetentie 1 De werkbegeleider is in staat om op adequate wijze de student op deBVisie en beleid werkplek te introduceren, zodat het gewenste leerproces van start kan gaan. 1. Voert een introductiegesprek met nieuwe studenten op de werkplekCOrganisatie bpv 2. Voert de introductie uit volgens opgesteld plan (inwerkschema)DVan bedrijf naar leerbedrijfBeheersings-indicatoren 3. Bespreekt wederzijdse verwachtingen en gaat na wat de student wil leren (POP)EInhoud bpv gericht ophet proces 4. Ondersteunt samen met de student de collega-begeleiders op de hoogte van de doelenFKwaliteitszorg 5. Draagt mede zorg voor de formaliteiten rondom de student.GBijlagenResultaatHet leerproces van de student is na de introductie op de werkplek van start gegaan.HInhoudsopgave* = actief en bewust5 ompetentieprofiel werkbegeleider: Projectparticipanten: samenwerking tussen een aantal BrabantseCROC’s, Hogescholen, zorgorganisaties, OVDB en TSO-Agora/Transvorm..70 71. Bijlage 2: voorbeeld competentieprofiel van de werkbegeleiderAOmschrijving begrippen CoachenCompetentie 2De werkbegeleider is in staat om op adequate wijze studenten te begeleiden,BVisie en beleidzodat deze zich optimaal kunnen ontwikkelen op de leer/werkplek1. Stemt de begeleiding af op de wensen en behoeften van de studenten enCOrganisatie bpvde eisen die aan de studenten worden gesteld rekeninghoudend / afgestemdop POP van student (resultaatgericht)2. Coacht student tot zelfsturing in de planning en uitvoering van diensDVan bedrijf naar leerbedrijf leeractiviteiten3. Voert met een student coachende begeleidingsgesprekken (doelstellingenEInhoud bpv formuleren, activiteiten plannen, uitvoeren en doelen evalueren)4. Begeleidt individuele studenten in hun leerproces naar grotere zelfstandigheidBeheersings-FKwaliteitszorg indicatorengericht op5. Motiveert en stimuleert studenten tot leeractiviteitenhet procesGBijlagen 6. Past de begeleidingsstijl aan op leerstijl en beginsituatie van de student(persoonsgericht)HInhoudsopgave7. Werkt methodisch in de begeleiding van student8. Houdt relevante voortgang/wijzigingen (digitaal) schriftelijk bij9. Durft grenzen te stellenDe student ontvangt begeleiding op maatResultaat De student kan zich ontwikkelen binnen een leerwerk/omgeving meteen optimaal leerklimaat71 72. Bijlage 2: voorbeeld competentieprofiel van de werkbegeleiderAOmschrijving begrippen Aanbieden van leersituaties en leervoorwaarden realiseren.Competentie 3 De werkbegeleider is in staat om op adequate wijze studenten leersituatiesBVisie en beleidaan te bieden ter ondersteuning van hun leerproces en leervoorwaarden terealiseren zodat het leerproces optimaal kan verlopen.1. Biedt leersituaties aan die afgestemd zijn op het leerproces van de student, enCOrganisatie bpvstelt dit zonodig bij.2. Signaleert na analyse knelpunten en mogelijkheden in het leerproces van deDVan bedrijf naar leerbedrijf betreffende student in relatie tot zijn POP.Beheersings-3 Doet voorstellen ter verbetering van het leerproces en/of ondersteunt de studentbij het komen tot eigen voorstellen.EInhoud bpv indicatorengericht ophet proces4 Draagt bij aan het verbeteren van het leerklimaat op de werkplek.FKwaliteitszorg5 Houdt rekening met verschillende belangen.GBijlagen 6 Gaat - voor zover binnen zijn verantwoordelijkheid – in onderhandeling om be-tere leervoorwaarden te bereiken.Student krijgt opleidingsactiviteiten die afgestemd zijn op het eigen leerproces.HInhoudsopgaveResultaat Optimaal verlopende leerprocessen.Functionele leervoorwaarden ten behoeve van de opleidingstrajecten.72 73. Bijlage 2: voorbeeld competentieprofiel van de werkbegeleider Competentie 4: Communiceren’ Hoe wordt het structureel contact tussen werkveld en opleiding vormgegeven? Hoe is dat vastgelegd? Hoe gaat men zich er aan houden?Aanbieden van leersituaties en leervoorwaarden realiserenAOmschrijving begrippenCompetentie 4 De werkbegeleider is in staat om op adequate wijze studenten leersituatiesaan te bieden ter ondersteuning van hun leerproces en leervoorwaarden teBVisie en beleidrealiseren zodat het leerproces optimaal kan verlopen1. Stemt de communicatie af op de ander en op de situatie.COrganisatie bpv2. Luistert actief en toont geduld.DVan bedrijf naar leerbedrijf 3. Houdt rekening met wat door de ander gezegd wordt.4. Stimuleert de ander om vragen te stellen.EInhoud bpv5. Stelt gerichte vragen om relevante informatie te achterhalen en vraagt zonodigBeheersings-door.FKwaliteitszorg indicatoren6. Brengt een boodschap kort en duidelijk over.gericht ophet proces7. Let op non-verbale communicatie.GBijlagen8. Combineert informatie uit verschillende bronnen en brengt deze informatie kernachtig over.HInhoudsopgave9. Vat samen wat anderen zeggen en wat zij zelf heeft willen overbrengen en toontaan de boodschap begrepen te hebben.10. Kan slecht nieuws gesprekken voeren.11. Kan inhoudelijk goede feedback geven.Betrokkenen in het opleidingsproces beschikken over de relevante informatie.ResultaatWerkbegeleiders communiceren op maat.73 74. Bijlage 2: voorbeeld competentieprofiel van de werkbegeleiderSamenwerkenAOmschrijving begrippenCompetentie 5De werkbegeleider is in staat om op adequate wijze met alle betrokkenenin het opleidingstraject samen te werken.BVisie en beleid1. Maakt werkafspraken met de praktijkopleider van school, student en beoordelaar.COrganisatie bpv2. De Werkbegeleider moet de gemaakte afspraken nakomen.3. Wijzigt werkwijze indien nodig naar aanleiding van ontvangen feedback.DVan bedrijf naar leerbedrijf 4. Verstrekt relevante informatie aan relevante belanghebbenden op de wijze zoalsafgesprokenEInhoud bpvBeheersings-5. Vraagt om hulp als hij er zelf niet uitkomt.indicatoren6. Stimuleert en helpt als de situatie daarom vraagt en het werk het toelaatFKwaliteitszorg gericht ophet proces7. Geeft aan wanneer de werkdruk te hoog is en zoekt naar oplossingenGBijlagen 8. Neemt actief deel aan werkbesprekingen.9. Heeft inzicht in de werkzaamheden van anderen, met name voor wat betreftHInhoudsopgave de opleidingsgebonden rollen (in eigen organisatie en op betreffende opleiding).10. Gaat flexibel om met wisselende taken.11. Hanteert communicatietechnieken gericht op samenwerking.De samenwerking van de werkbegeleider met alle betrokkenen in hetResultaatopleidingstraject is optimaal.74 75. Bijlage 2: voorbeeld competentieprofiel van de werkbegeleiderZorgdragen voor kwaliteitAOmschrijving begrippenDe werkbegeleider is in staat om op adequate wijze zorg te dragen voor deCompetentie 6kwaliteit van opleidingstrajecten, zodat voor alle betrokkenen de gewensteBVisie en beleidresultaten behaald kunnen worden.Eindverantwoordelijkheid ligt bij de leidinggevende van de Werkbegeleider.COrganisatie bpv1. Presenteert zichzelf als professional en de organisatie als professioneel leerbedrijf.Beheersings-2. Werkt volgens kwaliteitsvoorschriften.DVan bedrijf naar leerbedrijf indicatoren3. Signaleert en constateert problemen en doet indien nodig voorstellen aan de be-gericht ophet procestreffende persoon ter verbetering van de kwaliteit van het opleiden.EInhoud bpv 4. Is alert op de beschikbare tijd, deskundigheid, middelen en ruimte t.b.v het oplei-denStudenten worden opgeleid binnen een leeromgeving waarin processen kwalitatiefFKwaliteitszorg goed verlopenResultaatBetrokkenen in het leerproces leveren met kwalitatief hun aandeel in het opleidings-trajectGBijlagenHInhoudsopgave75 76. Bijlage 2: voorbeeld competentieprofiel van de werkbegeleiderCompetenties blijven ontwikkelenAOmschrijving begrippenCompetentie 7De werkbegeleider is in staat om op adequate wijze zijn competentieste blijven ontwikkelen om goed te functioneren als werkbegeleider.BVisie en beleidBeheersings-1. Reflecteert op zijn handelen als werkbegeleider en past zo nodig houding en werk-indicatoren wijze aan.gericht opCOrganisatie bpv2. Stelt zich op de hoogte van nieuwe ontwikkelingen d.m.v. relevante scholinghet proces c.q. bijeenkomsten.Voortdurende ontwikkeling van de competenties als werkbegeleiderDVan bedrijf naar leerbedrijf ResultaatFunctioneren als werkbegeleider blijft op niveauEInhoud bpvFKwaliteitszorgGBijlagenHInhoudsopgave76 77. Bijlage 2: voorbeeld competentieprofiel van de werkbegeleiderEen voorbeeld zijn en betrouwbaar zijnAOmschrijving begrippenCompetentie 8De werkbegeleider moet een voorbeeld zijn voor anderen; komt gemaakteafspraken na en aanvaardt de consequenties.BVisie en beleid1. Collegiaal zijn én opkomen voor jezelf.COrganisatie bpv2. Staan voor wat je zegt; consequent handelen en afspraken nakomen3. Verantwoordelijkheid nemen voor eigen handelen.DVan bedrijf naar leerbedrijf4. Respect tonen voor de student.EInhoud bpv 5. Opkomen voor de behoefte van de student.Altijd voorbeeldfunctie uitoefenen. Gemaakte afspraken nakomen en consequentiesResultaat aanvaarden Bij in gebreke blijven neemt hij/zij de gevolgen voor eigen rekening enFKwaliteitszorgneemt nadelige gevolgen voor anderen zo goed mogelijk weg.GBijlagenHInhoudsopgave77 78. Bijlage 3: statuskaart beroepspraktijkvormingAOmschrijving begrippen s TAT u s K A A R T B E R O E P s P R A K T I j K V O R m I n gROCVerantwoor- delijkheidBPV gidsBPV Validatiescore voor dehandboekzelfevaluatiemodelstandaard opleidings- student begeleiders ROC van Twente Onderwerpen Toelichting team 1. Algemene opleidingsgegevensslecht Onv. Vold. goedBVisie en beleidIs er een opleidingsnaam met beschrijving van kern- en uitstroomdifferentiaties, met crebocode, leerweg, niveau en uitvoeringslocatie(s)?Is er een overzicht van de beschikbare BPV-adressen; waarbij inzicht in werving, accreditatie, vergoeding en werkprocessen?1.1 Alle gegevens van de opleidingIs er inzicht in de beleidsafspraken?Is er een begrippenlijst voor de beroepspraktijkvorming?1.2 Beroepstypering van de opleidingIs er een korte typering van de beroepengroep in het kwalificatiedossier?1.3 Kwalificatiestructuur Is er een schematisch weergave welke plaats de opleiding inneemt tussen de andere opleidingen van de branche?1.4 Competentiematrix Is de matrix uit het kwalificatiedossier voorhanden? Zijn de te behalen competenties genoemd?1.5 Verantwoordelijken BPVIs er een verantwoordelijke voor met name de BPV-component van de opleiding?COrganisatie bpv1.6 Jaarplanning BPVIs er een jaarplanning van de beroepspraktijkvorming in de opleiding ? 2. Inhoud en didactische inrichtingDVan bedrijf naar leerbedrijf2.1 Onderwijsvisie m.b.t. BPV Is er een beschrijving van de onderwijsvisie en met name de visie op de BPV?2.2 Didactisch concept in de BPVIs er een beschrijving van de manier waarop de student in de BPV leert en zich ontwikkelt?2.3 Opleidingsplanning voor de BPVIs er een beschrijving van het ontwikkeldeel en afsluitende examen van de BPV in het totale opleidingsplan?Is er een beschreven inhoud van de BPV (wat moet de student doen/leren in de BPV) in werkprocessen en leertaken?Is er een beschrijving van de inhoud en manier waarop over de BPV wordt gecommuniceerd voor alle doelgroepen (website, Plaza, gids)?2.4 BPV-inhoud, -communicatie en -organisatieIs er een beschrijving van de manier waarop wordt overlegd en de relatie wordt onderhouden met de leerbedrijven en het KBB?Is er een beschrijving van de wijze waarop de BPV georganiseerd wordt (ondersteuning, inzet ICT, loketfunctie etc.)?2.5 Opleidingsinhoud voor de BPVIs er een beschrijving van het overleg over afstemming van verwachtingen van de BPV tussen school, student en bedrijf?EInhoud bpvIs er een beschrijving van het TOP-model van met name de BPV-component, v.w.b. zowel de urenplanning vooraf (voorcalculatie) als de verantwoording2.6 TOP-model voor de BPVvan de geleverde onderwijstijd achteraf (nacalculatie)? 3. Begeleiding en studievoortgangIs er een beschrijving van de (studieloopbaan)begeleiding van de student voorafgaand en tijdens de BPV (het begeleidingsmodel met daarin de3.1 (Studieloopbaan)begeleiding door BPV-docent begeleidingstijd per student)?Is er een administratie voor de wettelijke documenten in het studentendossier (zoals de Praktijkovereenkomst t.b.v. de bekostiging)?Is er een beschrijving van de taken en verantwoordelijkheden van de student tijdens de BPV?3.2 Taken/verantwoordelijkheden student-docentIs er een beschrijving van de taken en verantwoordelijkheden van de BPV-docent?FKwaliteitszorgIs er een beschrijving van de begeleidingsuren en benodigde faciliteiten van de praktijkopleider voor de BPV?Begeleiding bij het leren door de praktijkop- Is er een beschrijving van de inhoud van de begeleiding tijdens de BPV?3.3leiderIs er een beschrijving van de begeleidingsstructuur door de praktijkopleider?3.4 Regels m.b.t. de studievoortgang in de BPVIs er een beschrijving van de praktijk/theorie elementen tijdens de BPV die voorwaardelijk zijn voor een overgang naar een volgende fase of leerjaar? 4. Examinering4.1 Examenregels voor de BPV componentIs er een beschrijving van de examenregels die betrekking hebben op de BPV?4.2 Examencommissie/subexamencommissieIs er een ledenlijst van de examencommissie en de gekwalificeerde examinatoren die het buitenschoolse BPV-programma beoordelen?4.3 Vrijstellingsprocedures voor BPVIs er een beschrijving van de vrijstellingsprocedure voor (delen van) de BPV component?GBijlagenIs er een BPV-examenplan met alle examenonderdelen ( de examenproducten) die daarvan onderdeel uitmaken; met kerntaak-matrix waarin4.4 Examenplan (inhoud en organisatie)aangegeven is welke kerntaken/werkprocessen/competenties bij welk onderdeel wordt geëxamineerd?Is er een beschrijving van de organisatie van het buitenschoolse (BPV) examenprogramma?4.5 Eisen diplomering Is er een beschrijving van de BPV-eisen waaraan de student moet voldoen om het diploma te behalen?HInhoudsopgave 5. KwaliteitszorgIs er een beschrijving van de wijze waarop de interactie plaatsvindt met het beroepenveld en de inhoud van deze interactie?5.1 Betrokkenheid beroepenveldIs er een beschrijving van de wijze waarop het beroepenveld betrokken wordt bij het systematisch ontwikkelen, monitoren en evalueren van de BPV?5.2 Betrokkenheid medewerkers Is er een beschrijving van de wijze waarop de medewerkers betrokken worden bij het systematisch ontwikkelen, monitoren en evalueren van de BPV?5.3 Betrokkenheid student Is er een beschrijving van de wijze waarop de student betrokken wordt bij het systematisch ontwikkelen, monitoren en evalueren van de BPV?5.4 Evaluatie en verantwoording over de BPV Is er een beschrijving van de wijze waarop de BPV wordt geëvalueerd en bijgesteld (zelfevaluatieparagraaf in het jaarverslag van de opleiding)?78